Gaten: Personage

Opdracht niveau 1 | Personage

Titel Gaten
Niveau boek niveau 2
Opdracht niveau 1 | Personage
Studielast 2 uur
Werkvorm tweetal
Focus personage
Je leert een overzicht maken van alle personen in Gaten met hun bijnamen.
Gemaakt door Gea Veenstra

Bestudeer deze opdracht voordat je het boek leest.

A

  1. Heb jij een bijnaam? Zo ja, welke? Leg je antwoord uit.
  2. Wat vind je eigenlijk van bijnaam?
  3. Is het belangrijk wie de bijnaam verzonnen heeft? Maakt het uit of het een vriend of niet is?
  4. Heb jij zelf wel eens een bijnaam voor iemand bedacht?
  5. Was dat voor een vriend of juist niet?
  6. Wat is belangrijk als je een bijnaam voor iemand verzint? Waar let je dan op?

B

  1. Noteer de namen van drie personen die vaak voorkomen in het verhaal.
  2. Noteer de namen van drie personen die maar één voor een paar keer in het verhaal voorkomen.
  3. Stanley is de hoofdpersoon. Wie vind jij de een na belangrijkste persoon in Gaten?
  4. Noteer de namen van drie personen die niet zo belangrijk zijn in het verhaal.

C

In Gaten hebben bijna alle jongens in het kamp een bijnaam. Bij A heb je genoteerd welke bijnamen de jongens in het kamp hebben. Jij gaat onderzoeken welke bijnaam bij wie hoort en waarom voor deze bijnaam gekozen is. Vul hiervoor onderstaand kolommenschema in. Maak zoveel rijen als nodig is. We hebben één personage voorgedaan.

Echte naam Bijnaam Betekenis in het verhaal
Hector Zeroni Zero Hij is de achter, achter, achterkleinzoon van Madame Zeroni, de zigeunervrouw die een vloek uitspreekt over de familie Yelnats. Hij lijkt in eerste instantie erg dom te zijn; hij snapt niets, vandaar zijn bijnaam. Bovendien is Zero een afkorting van zijn achternaam. Stanley leert hem lezen en dan vertelt hij dat zijn echte naam Hector is. Hij voelt zich niet meer dom en hij besluit Stanley te helpen.

D

  1. Waarom heeft Sachar ervoor gekozen de jongens in het kamp een bijnaam te geven?
  2. Welke bijnaam zou jij aan een personage willen geven? Leg je antwoord uit.
  3. Hebben de bijnamen voor jou Gaten moeilijker of juist makkelijker gemaakt?
  4. Had de auteur er beter voor kunnen kiezen om geen bijnamen te geven aan de personen in het kamp? Leg je antwoord uit.