Het meisje met de vlechtjes: Opdracht

Opdracht niveau 1 | Onderwerp

Titel Het meisje met de vlechtjes
Niveau boek 2
Opdracht niveau 1 | Onderwerp
Studielast 2 uur
Werkvorm in tweetal
Focus onderwerp: Tweede Wereldoorlog
Je leert na te denken over de vraag wat je kunt leren van een boek.
Gemaakt door Lotte Straatsma
Bron 1 Verzet in de Tweede Wereldoorlog
Bron 2 Hannie Schaft en de zusjes Oversteegen - In verzet
Bron 3 Hannie Schaft en de zusjes Oversteegen - In actie
Bron 4 Hannie Schaft en de zusjes Oversteegen - Liquidaties

A (individueel)

1. Heb je weleens eerder een boek over de Tweede Wereldoorlog gelezen of een film of serie erover gezien? Zo ja, noteer de titels.

2. Lees jij graag boeken over de Tweede Wereldoorlog? Leg uit waarom wel/niet.

B (samen)

1. Bedenk samen tien vragen over het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Je kunt de 5w+h-vragen (wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe) als hulpmiddel gebruiken. 

2. Verdeel de bronnen. Een van jullie neemt bron 1 en 2, de andere 3 en 4. Zoek in de bronnen naar antwoorden op de tien vragen die jullie hebben gemaakt. Let op: je hoeft de bronnen niet helemaal te lezen. Lees zoekend om de antwoorden op je vragen te vinden. 

3. Vergelijk per vraag de antwoorden die jullie hebben gevonden. Formuleer samen één definitief antwoord op alle vragen.

C (individueel)

1.  Probeer de antwoorden op de vragen die jullie bij B1 bedacht hebben in Het meisje met de vlechtjes te vinden. Geeft Het meisje met de vlechtjes op alle vragen een antwoord? Hoe komt dat?

2. Wat heb jij geleerd door het lezen van Het meisje met de vlechtjes dat je niet geleerd zou hebben door het lezen van de bronnen bij onderdeel B? Noteer drie dingen.

3. Wat vind jij belangrijker: feitenkennis over de Tweede Wereldoorlog of kunnen invoelen 'hoe het was om tijdens de Tweede Wereldoorlog te leven'? Of vind je het allebei belangrijk? Leg je antwoord uit in ongeveer 50 woorden.