Morgen toen de oorlog begon - deel 1: Opdracht
Opdracht niveau 2
Deze opdracht kun je prima alleen maken, maar als je samenwerkt met iemand anders, kun je overleggen en daar kom je vaak verder mee. Als je samenwerkt, maak je alle vragen en opdrachten samen; je mag de opdrachten niet verdelen.
Alle verhalen zijn anders, maar als je goed kijkt, zie je dat dat veel verhalen op dezelfde manier in elkaar zitten. Vaak vindt er een heftige gebeurtenis plaats, waardoor de personages gedwongen worden keuzes te maken en te laten zien wat ze waard zijn. In deze opdracht ga je in kaart brengen hoe de personages uit Morgen toen de oorlog begon elk op hun eigen manier reageren op de bezetting van hun land.
Titel | Morgen toen de oorlog begon - deel 1 |
---|---|
Niveau boek | niveau 2 |
Opdracht | niveau 2 |
Studielast | 2 à 3 uur |
Werkvorm | individueel of tweetal |
Focus | personages: ontwikkeling |
Je leert | de ontwikkeling van personages te beschrijven |
Gemaakt door | Marlies Schouwstra |
A
Lees de (Literaire) theorie hieronder. Vul daarna het schema in:
Vraag 1
In rij 1 beschrijf je de beginsituatie in ongeveer 100 woorden.
Vraag 2
In rij 2 beschrijf je de verstoring in ongeveer 100 woorden.
Vraag 3
Daaronder noteer je voor alle personage welke ontwikkeling zij doormaken.
Vraag 4 a
Is er een het einde van het verhaal sprake van een oplossing of een (voorlopig) nieuw evenwicht?
Vraag 4 b
Beschrijf de oplossing of het evenwicht in ongeveer 100 woorden.
Schema
B
Neem de onderstaande zinnen over en vul op de puntjes de naam van een van de acht hoofdpersonen in en geef (als daar om gevraagd wordt) een toelichting.
Zin 1
… heeft de grootste ontwikkeling doorgemaakt.
Zin 2
… heeft zich het minst ontwikkeld.
Zin 3
De ontwikkeling van … vond ik het interessantst, omdat …
Zin 4
Ik kon me het beste identificeren met …
Zin 5
Ik heb de meeste bewondering voor …, omdat …
Zin 6
Ik zou me het meest ergeren aan …, omdat …
C
Zou je een ander antwoord op een of meer van de B-vragen hebben gegeven als niet Ellen, maar Kevin het verhaal opgeschreven zou hebben? Leg je antwoord duidelijk uit in ongeveer 100 woorden.
(Literaire)theorie
Veel verhalen hebben de volgende structuur:
evenwicht - verstoring - ontwikkeling - oplossing of nieuw evenwicht
Een korte toelichting:
1 Eerst is er evenwicht, een beginsituatie waarin alles nog 'normaal' is.
2 Dan komt er een verstoring: de beginsituatie verandert (vaak ingrijpend) en er ontstaat een andere, nieuwe situatie.
3 Door die verstoring moet de hoofdpersoon in actie komen; daardoor maakt zij/hij een ontwikkeling door (zij/hij verandert).
4 Ten slotte komt er een (voorlopige) oplossing of een nieuw evenwicht.