Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Kwesties

Een eventuele opdracht titel

De rest van de eventuele inleiding.

Titel Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht
Niveau boek 3
Opdracht niveau 4 | Kwesties
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus kwesties
Je leert je gedachten over een belangrijke kwestie uit het boek te ordenen en verwoorden
Gemaakt door Marlies Schouwstra

Kies één van de onderstaande vragen en schrijf een uitgebreide (minimaal 400 woorden) bespreking van de vraag. Gebruik ten minsten drie voorbeelden uit het boek.

A

Doordat hij autistisch is, ervaart Christopher de wereld op een andere manier dan de mensen in zijn omgeving. Ook jij als lezer krijgt een ander beeld van de gebeurtenissen dan Christopher heeft. Welke rol speelt dit verschil in waarneming tussen de lezer en Christopher in het boek?


B

In hoofdstuk 73 citeert Christopher zijn moeder, die zegt: ‘Je bent een nagel aan mijn doodskist.’
In hoeverre voelt Christopher zich verantwoordelijk voor de ‘dood’ van zijn moeder? Veranderen haar brieven en zijn contact met haar zijn gevoel daarover?