De belangrijkste personages in het boek zijn: Floortje, Beppie, tante Gerda, de moeder van Floortje, Adri, Onim, Gerben, Lexie, Sjon, Karin en Martien.

Vraag 1

Jullie gaan de personages en de relaties tussen de personages in kaart brengen door het maken van een sociogram. In de bijlage kun je zien hoe je zo'n sociogram kunt maken (zie onder Downloads). Ga als volgt te werk:

Stap1:
Pak een vel A3-papier en schrijf de naam van Floortje in het midden.

Stap 2:
Schrijf onder haar naam op wat jullie allemaal weten over Floortje: hoe oud is ze, wat doet ze in het dagelijks leven, hoe ziet ze eruit, wat is haar karakter?

Stap 3:
Schrijf nu ook de namen van de andere personages op het A3-papier. Let op: jullie mogen ze niet willekeurig op het papier zetten, maar moeten duidelijk aangeven welke personen in relatie tot elkaar staan. Geef de relaties aan met lijnen.

Stap 4:
Schrijf, indien mogelijk, bij de lijnen op welke manier de personen met elkaar in verband staan.

Stap 5:
Schrijf nu als laatste ook onder alle andere personen kort op wat jullie over ze te weten zijn gekomen: hoe oud zijn ze, wat doen ze in het dagelijks leven, hoe zien ze eruit en wat zijn hun karakters?