De renner: Opdracht
Opdracht niveau 4 | Tragedie
| Titel | De renner |
|---|---|
| Niveau boek | niveau 2 |
| Opdracht | niveau 4 | Tragedie |
| Studielast | 3 uur |
| Werkvorm | individueel |
| Focus | tragedie |
| Je leert | de tragiek in De renner herkennen |
| Gemaakt door | Marlies Schouwstra |
A
Wat versta jij onder 'een tragisch verhaal'? Geef een voorbeeld. Je kunt denken aan verhalen uit films en boeken, maar ook aan een verhaal over iemand die jij kent of dat je hebt horen vertellen.
Denk niet te lang na over deze vraag en noteer gewoon wat er in je opkomt.
B
Bestudeer de Literaire theorie en beantwoord de vragen.
Vraag 1
De zeventiende-eeuwse tragedie bestaat uit vijf bedrijven. In De renner zijn deze bedrijven misschien niet alle even duidelijk herkenbaar als bedrijf, maar zeker wel als aspect. In het schema hebben we één bedrijf/aspect voorgedaan om dit te laten zien.
Vul het schema verder in.
Vraag 2
Komen er in De renner ook reien voor? Licht je antwoord toe aan de hand van een voorbeeld uit de roman.
Vraag 3
Leg uit in hoeverre er in De renner de drie eenheden in acht worden genomen.
Vraag 4
In de bron staat: 'De held maakt een val door. Dit kan zijn door zijn eigen schuld (een fout/zwakte in zijn karakter) of door de schuld van anderen.'
Vraag 4a
Is er sprake van een 'val' in De renner? Let op: je moet 'val' hier natuurlijk niet letterlijk opvatten als de val in de greppel in wedstrijd 308.
Vraag 4b
Zo ja, is die val door Krabbé zelf veroorzaakt of door iemand anders? Zo ja, door wie? Licht je antwoord toe.
Vraag 5
Volgens bron 1 moet het einde 'treurig zijn: een ongelukkige afloop voor de held.' Leg dit uit aan de hand van een voorbeeld uit De renner.
Vraag 6
Leg uit of het slot van de roman bij jou al dan niet een catharsis teweeg heeft gebracht.
Schema
| Bedrijf/aspect | Omschrijving | De renner |
|---|---|---|
| Expositio | ||
| Intrige | ||
| Climax | ||
| Catastofe | ||
| Peripetie |
C
Vraag 1
Welke uitspraak vind jij het meest correct? Licht je antwoord toe.
Uitspraak A:
De renner is een tragedie.
Uitspraak B:
De renner is een tragisch verhaal.
Uitspraak C:
De hoofdpersoon van De renner is een tragisch figuur.
Vraag 2
Omschrijf zo nauwkeurig mogelijk wat de tragiek van de hoofdpersoon is.
Vraag 3
Vind jij deze tragiek kenmerkend voor de hoofdpersoon? Of denk je dat deze tragiek universeel is? Licht je antwoord toe.
(Literaire) theorie
'Treurspel/tragedie', in: Joke van Balen e.a., Groningen, Basisboek literatuur, Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 74-76
