Pogingen iets van het leven te maken: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Personages

Titel Pogingen iets van het leven te maken
Niveau boek niveau 2
Opdracht niveau 2 | Personages
Studielast 1,5 uur
Werkvorm individueel
Focus personages
Je leert reflecteren op de ontwikkeling van de personages.
Gemaakt door Janneke Blok
Bron Artikel NRC (pdf)

A

1. Waar denk je aan als je het woord ‘bejaarden’ hoort? Schrijf in 1 minuut zo veel mogelijk woorden op die in je opkomen. Kies vervolgens één woord dat er voor jou uitspringt en leg uit waarom.

2. Heb je eerder een boek gelezen over oudere mensen? Wat vond je ervan om het dagboek van de 83-jarige Hendrik Groen te lezen?


B

Ouderen staan de laatste jaren steeds meer in de belangstelling. Dat blijkt onder meer uit de populariteit van het boek Pogingen iets van het leven te maken, maar ook uit gebeurtenissen die daarin worden beschreven, zoals de oprichting van de politieke partij 50PLUS.

1. Geef aan de hand van wat je in Pogingen iets van het leven te maken gelezen hebt, een aantal redenen waarom de ouderenzorg vandaag de dag zo ‘actueel’ is.

2. Wat vind je van het beeld dat in Pogingen iets van het leven te maken wordt geschetst van oude mensen? Positief, negatief, of iets daartussenin? Leg je antwoord uit aan de hand van voorbeelden uit het boek.


C

Lees bron 1. Het is een artikel over zestigplussers in het Nederlandse filmaanbod. 

1. ‘Het hele perspectief over wat oud is en wat oud zijn betekent, is aan het verschuiven,’ zegt Petra Goedings. Leg in je eigen woorden uit hoe men eerst over oud zijn dacht en welk nieuw beeld ontstaat als mensen het over ouderen hebben.

2. Laat aan de hand van vier concrete gebeurtenissen zien dat Hendrik Groen deze ontwikkeling ook doormaakt in zijn dagboek. Bijvoorbeeld: 1) Hendrik Groen neemt zich voor om weer leuke uitstapjes te gaan ondernemen met zijn vrienden, 2) ...


D

1. Scenarist Tamara Bos vertelt in bron 1 dat ze zich op 18-jarige leeftijd, net als de jonge hoofdpersoon in de film Romy Kapsalon, steeds meer verbonden gaat voelen met haar oma. Probeer zo precies mogelijk te beschrijven hoe dat komt.

2. Er wordt vaak gezegd dat ouderen weer ‘kinds’ worden. Ook Groen ervaart dat regelmatig. Geef een paar voorbeelden.

3. ‘Leeftijd is maar een getal,’ ook zo’n veelgebruikte uitspraak. Wat wordt ermee bedoeld? En ben je het ermee eens? Leg je antwoord uit aan de hand van je voorgaande antwoorden.