Slangen aaien: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Personages
Het is wel duidelijk dat Mariecke en Lipstick niet zo goed met elkaar op kunnen schieten. Daardoor krijgt Lipstick niet zoveel informatie van Mariecke en weet jij als lezer ook niet alles.
Titel | Slangen aaien |
---|---|
Niveau boek | niveau 2 |
Opdracht | niveau 2 | Personages |
Studielast | 1,5 uur |
Werkvorm | tweetal |
Focus | personages |
Je leert | een personage analyseren. |
Gemaakt door | Gea Veenstra |
Jullie verdelen opdracht A en B onder elkaar. Een van jullie maakt dus opdracht A en de ander maakt opdracht B.
A [één van beiden]
Herlees allereerst het korte verslag dat Lipstick Mariecke wilde laten tekenen voordat Mariecke ging praten. Je vindt dit stukje terug in hoofdstuk 15.
Vraag 1
Wat heeft Mariecke haar verteld tot die tijd?
Vraag 2
Wat las Lipstick voor uit het persoonlijkheidsonderzoek uit hoofdstuk 7?
Vraag 3
In hoofdstuk 10 raakt Lipstick helemaal over haar toeren en scheldt ze Mariecke uit voor 'stuk onbenul'. Waarom deed ze dat?
B [één van beiden]
Lees hoofdstuk 16 nog een keer en beantwoord de volgende vragen.
Vraag 1
Gaat het goed met Lipstick? Wat is er gebeurd in haar persoonlijke leven?
Vraag 2
Wat kun je vertellen over de verandering in haar uiterlijk/kleding?
Vraag 3
Wat is er anders in haar benadering van Mariecke?
C [samen]
Bespreek jullie antwoorden op de A- en B-vragen. Vul samen de tabel in.
De meeste personages zijn niet alleen maar goed of slecht. Noteer van de onderstaande personages iets wat je goed vindt van hen en iets dat je slecht of minder goed vindt. Hierdoor krijgen jullie meer inzicht in de gedachtewereld van Lipstick en Mariecke en kunnen jullie ook beter bedenken waarom Mariecke geen antwoord gaf op de vragen van Lipstick. Jullie krijgen eerst een voorbeeld.
Mariecke
Goed | Slecht |
---|---|
Ze brengt Freibach naar huis als ze in de kroeg in elkaar gestort is en laat haar niet aan haar lot over. | Ze heeft gewelddadige neigingen bijvoorbeeld in hoofdstuk 3 als ze Freibach in de kroeg op de grond vindt: 'Ik boog me over haar heen en vroeg me af of ik haar in het gezicht moest slaan. Dat is natuurlijk een kans waar de halve school met plezier vijf jaar zakgeld voor over zou hebben.' |
... | |
... | |
Lipstick | |
... | |
... |
D [samen]
Aan het eind van hoofdstuk 7 zegt Mariecke tegen Lipstick: 'Het ligt aan de vragen.'
Jullie gaan samen vier interviewvragen bedenken die Lipstick aan Mariecke had kunnen stellen om haar aan het praten te krijgen. Daarna bedenken jullie welke antwoorden Mariecke zou hebben gegeven. Op de eerste regel vinden jullie een voorbeeld.
Vraag Lipstick | Antwoord Mariecke |
---|---|
Dingen gebeuren niet zomaar. Wat is volgens jou de reden dat niemand jou belt of opzoekt? | Het is allemaal gewoon toeval, ik ben niet anders geworden. Dingen zijn gelopen zoals ze gelopen zijn. Als ik niet per ongeluk de maandvoorraad van Danielle aan die gestoorde vent had meegegeven, hadden we niemand beroofd en had Van Brunschot nog geleefd. Ik zou dan nog gewoon bij Dendermonde in de kost zitten en in de vakanties zou ik naar mijn ouders zijn gegaan. Dan was er niets aan de hand geweest. |
E [individueel]
Schrijf het eindverslag van Lipstick. Gebruik hierbij de informatie die je uit de opdrachten gehaald hebt. Je mag hierbij ook je eigen fantasie gebruiken. Gebruik niet meer dan 500 woorden.