Post voor mevrouw Bromley: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Sleutelpassage

Titel Post voor mevrouw Bromley
Niveau boek 3
Opdracht niveau 4 | Sleutelpassage
Studielast 2 à 3 uur
Werkvorm tweetal
Focus sleutelpassage
Je leert een essentiële gebeurtenis uit het verhaal duiden.
Gemaakt door Judith de Lang
Bron 'Visie op het personage', in: Joke van Balen, e.a., 'Basisboek literatuur'. Groningen, Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 107

A

Heb je wel eens iets schokkends meegemaakt, zoals het overlijden van iemand die je goed kende? Of misschien de plotselinge dood van een geliefd huisdier? Het vertrek van een goede vriendin of vriend naar een andere stad of het buitenland? Een verkering die tegen jouw wil werd uitgemaakt? Weet je nog hoe je omging met dit nare gevoel? Heb je er met anderen over gesproken, of juist niet? Wat heb je je omgeving verteld over de situatie en jouw gevoelens? Praat hier samen over en wissel ervaringen uit (5 minuten)


B

Martin overkomt iets zeer schokkends als hij als achttienjarige vlak bij het front een loopgraaf moet herstellen met zijn maten, op 14 augustus 1915. Deze gebeurtenis kan gezien worden als een sleutelscène in de roman. Hij wist al dat de oorlog slachtoffers vergde, door het beeld van de vele zwaargewonden dat hij had gekregen op het stationsplein van Hazebrouck. Maar het drama van 14 augustus is nog erger dan dit. Herlees pagina 485-487.


Vraag 1


Beschrijf uitgebreid wat er precies gebeurde op die avond van 14 augustus. Waar bevindt Martin zich (geografische locatie)? Wie zijn er bij hem? Wat doet hij? Hoe is de stemming? Wat gebeurt er vervolgens precies?


Vraag 2


Op pagina 486 staat dat John haast hoopte dat Martin bij dit drama dodelijk was getroffen. Leg deze wens uit.


Vraag 3


Hoe reageert Martin de dagen daarop op dit drama, volgens Jack? Spreekt hij erover? Met wie? Hoe reageert hij zich af? Slaagt hij erin om te rouwen om zijn vriend?


Vraag 4


'Hier alles goet. Nog geen Hunen gezien. Wel al bommen gehoort. M.' Dat is de tekst op de kaart die Martin op 16 augustus aan John stuurt. Wat is volgens jullie de achterliggende reden dat Martin de kaart stuurt?


Vraag 5


Waarom werd Martin gearresteerd en gefusilleerd?


Vraag 6


Het was niet voor het eerst dat Martin in aanraking kwam met de Militaire Politie. Wat was er eerder voorgevallen?


Vraag 7


Als Martin op pagina 487 zegt, dat hij misschien morgen wel dood is, waarop doelt hij dan?


Vraag 8


Welk gevoel zal bij Martin hebben overheerst, in de dagen na het drama en gedurende het uitje in Poperinge?


Vraag 9


Op welke manier worden de ouders van Martin door het leger geïnformeerd over Martins dood? Hoe komt het dat dit bericht hen niet bereikt? Wat gebeurt er uiteindelijk met deze brief?


Vraag 10


Op pagina 165-168 staat op welke manier de familie van een overleden soldaat in het algemeen wordt ingelicht. Op pagina 266-67 vindt Molly bij John de envelop voor de familie Bromley en Mary leest het overlijdensbericht. Stel met behulp van de informatie die je hebt verzameld bij vraag 9 en de informatie in deze vraag de letterlijke tekst op van de brief. Uiteraard put je hierbij ook uit je eigen verbeelding, maar houd de tekst geloofwaardig.


Vraag 11


Waarschijnlijk heb je in de brief niet de ware reden genoemd van Martins dood. Waarom niet?


Vraag 12


Stel dat Jack, de vriend van Martin, een dagboek bezat waarin hij regelmatig schreef. Dat was niet ongebruikelijk voor een soldaat. Na de dood van Martin schrijft hij een stukje van een pagina lang in zijn dagboek. Hij gaat er daarbij van uit dat niemand anders deze tekst ooit onder ogen krijgt. Stel samen dit dagboekfragment op waarin Jack vertelt over de laatste dagen van Martin en diens dood. Je schrijft het dagboekfragment met de hand.


Vraag 13


Jullie hebben nu vier getuigenissen van Martins laatste dagen: de brief van het leger met zijn overlijdensbericht, de kaart van Martin zelf uit Poperinge, het verhaal van Jack aan John en Jacks dagboekfragment. Verklaar de grote verschillen tussen deze bronnen. Let er ook op welke informatie wordt achtergehouden. Welke bronnen komen enigszins in elkaars buurt? Hoe verklaar je dit? Is jouw waardering van de tekst op de kaart van Martin gewijzigd door jullie onderzoek naar de ontstaansgeschiedenis ervan, of niet? Licht je antwoord toe.


Vraag 14


Kun je na bovenstaand onderzoekje iets zeggen over de eerlijkheid van de vier bronnen? Welke bron vinden jullie het eerlijkst? Of zijn jullie misschien van mening dat het begrip 'eerlijkheid' in zo'n situatie minder relevant is? Schrijf een korte tekst over eerlijkheid in oorlogssituaties zoals bovenstaand voorbeeld. Neem daarin ook op in wiens belang een waarheidsgetrouwe weergave van de werkelijkheid is of een aangepaste versie daarvan. Gaat eerlijkheid boven alles, zoals de uitdrukking luidt?


Vraag 15


Een sleutelpassage is een fragment van het verhaal dat het essentiële, belangrijkste, van het verhaal bevat. Waarom kun je het drama van 14 augustus beschouwen als zo'n sleutelpassage?