Verborgen gebreken: Opdracht
Opdracht niveau 4 | Motieven 2
Het is je vast opgevallen dat in Verborgen gebreken nogal wat verwijzingen naar de Bijbel voorkomen. In deze opdracht ga je onderzoeken in hoeverre deze verwijzingen van invloed zijn op de betekenis die jij aan de roman toekent.
De meest opvallende verwijzingen naar de Bijbel zijn de motto's die aan elk van de zeven delen van de roman voorafgaan en Chris' frequente uitroep dat zij de 'engel met het tweesnijdend zwaard [is], […] de Engel van de Gerechtigheid'.
Titel | Verborgen gebreken |
---|---|
Niveau boek | niveau 3 |
Opdracht | niveau 4 | Motieven |
Studielast | 3 uur |
Werkvorm | indvidueel |
Focus | motieven |
Je leert | christelijke motieven te herkennen en duiden |
Gemaakt door | Marlies Schouwstra |
Bron 1 | bijbelencultuur.nl | 'Genesis 1' |
Bron 2 | bijbelencultuur.nl | 'Renate Dorrestein - Verborgen gebreken' |
Bron 3 | boekentaal.info | 'Renate Dorresteins thematiek' |
Bestudeer de bronnen en schrijf een korte (ca. 400 woorden) uiteenzetting over het voorkomen en de betekenis van de verwijzingen naar de Bijbel in Verborgen gebreken.
Besteed in ieder geval aandacht aan:
Punt A:
de motto's uit Genesis (zie bron 1)
Punt B:
de Engel van de Gerechtigheid (zie bron 2)
Punt C:
de volgende abstracte, christelijke motieven: lam, paradijs, schuld en boete, verlossersmotief, vis (zie bron 3 en de Literaire theorie)
Punt D:
ironie in Verborgen gebreken
Hint: de naam Agnes betekent 'puur, lam'. Waaraan doet de naam Chris/Christine je denken
Tip: bespreek je werk met iemand die opdracht N4/1 heeft gemaakt. Zijn jullie tot dezelfde interpretatie gekomen? Zo nee, kun je dan zeggen dat een van beide interpretaties niet klopt? Vullen beide interpretaties elkaar misschien aan? Of kunnen beide interpretaties gewoon naast elkaar bestaan?
(Literaire) theorie
Abstracte motieven', in: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen: Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 113.
'Christelijke motieven en symbolen', in: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen: Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 115-118.