De aansprekers: Opdracht

Opdracht niveau 3 | Kwesties

Titel De aansprekers
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 3 | Kwesties
Studielast 1,5 uur
Werkvorm individueel
Focus kwesties
Je leert reflecteren op het handelen van de hoofdpersoon.
Gemaakt door Marlies Schouwstra

A

Misschien heb je zelf wel eens meegemaakt dat jij heel iets belangrijks wist over iemand anders, terwijl die persoon dat zelf nog niet wist. Als dat het geval is, beantwoord je de volgende vragen over die situatie. Als dat niet zo is, leg je onderstaande vragen voor aan iemand (bijvoorbeeld een vriend(in), een van je ouders of een ander familielid) die wel eens in deze situatie heeft verkeerd.

Vraag 1

Wat wist jij over die ander?   


Vraag 2

Wat was of had een reden kunnen zijn om die ander niet te vertellen wat jij wist?   


Vraag 3

Wat was of had een reden kunnen zijn om die ander wel te vertellen wat jij wist?   


Vraag 4

Wat heb je uiteindelijk gedaan? Heb je het wel of niet verteld? Licht je antwoord toe.   


Vraag 5

Wat vind je nu, achteraf, van je aanpak?


B

Maarten heeft, in overleg met de huisarts besloten om niet aan zijn vader te vertellen dat hij ongeneeslijk ziek is.

Vraag 1

Welke reden(en) had hij daarvoor? Herlees, indien nodig, het betreffende hoofdstuk.   


Vraag 2

Vind jij dat een goede reden? Licht je antwoord toe.   


Vraag 3

Wat zou je kunnen inbrengen tegen Maartens beslissing? Met andere woorden: waarom zou Maarten het wel aan zijn vader hebben moeten vertellen?

C

Vraag 1

Op scholieren.com zijn de meningen over Maartens handelswijze en het verloop van het verhaal verdeeld. Lees de onderstaande uitspraken. Kort samengevat zijn de meningen: 'komisch', 'mooi' en 'saai'.
Reageer op de onderstaande uitspraken door aan te geven of je het ermee eens of oneens bent en je antwoord toe te lichten.

Uitspraak a: 'Het einde vind ik erg goed. Ik maakte me een beetje zorgen, omdat ooit wel eens uit zou komen dat Maartens vader kanker had en wat de familie dan zou zeggen als ze erachter kwamen dat hij het wist, maar nooit gezegd heeft. Maar toen stierf zijn vader aan een hartaanval, en dat is zo onverwachts, ik vond het bijna komisch!'   
Anoniem, op: scholieren.com

Uitspraak b: 'Mijn eerste reactie was verbazing. Hoe kan Maarten nou zo'n groot geheim voor zijn vader verborgen houden, dat hij gaat overlijden? Hij is eigenlijk zelf aan het rouwen, zonder dat zijn vader het weet. Zo mooi!'   
Elyse, 5 havo, op: scholieren.nl

Uitspraak c: 'Ik vond het een saai boek om te lezen alleen die uitspraken van Maartens vader die maakte het boek nog wel een beetje zo dat ik heb doorgezet om het uit te lezen. Ik vond het saai omdat het hele boek gaat over dat Maarten aan zijn vader wil vertellen dat hij dood gaat. Alle gebeurtenissen worden heel nauwkeurig beschreven: alles wat Maarten denkt en wat er in zijn wereldje gebeurt en dan denk je wel eens van wanneer vertelt hij het nu? En als hij dan alleen met zijn vader op het kerkhof is, dan wil hij het zeggen maar dan zegt hij het toch niet en dat vind ik erg irritant want er gebeurt eigenlijk verder ook niets in het boek.'   
Jan-Joris, 4 havo, op: scholieren.com        


Vraag 2

Wat is jouw mening over de handelswijze van Maarten? Licht je antwoord toe.


D

Reageer op de onderstaande uitspraken door aan te geven of je het ermee eens of oneens bent en je antwoord toe te lichten.

Uitspraak A: Maartens besluit om niet aan Pau te vertellen dat hij ongeneeslijk ziek is, zet je aan het denken.
Uitspraak B: Doordat je niet weet of Maarten toch aan Pau gaat vertellen dat hij ongeneeslijk ziek is, wordt het verhaal spannender.
Uitspraak C: In De aansprekers zit een boodschap over hoe je om moet gaan met dit soort dingen.
Uitspraak D: Of Maarten wel of niet aan Pau vertelt dat hij ongeneeslijk ziek is, doet er eigenlijk niet toe: het verhaal gaat uiteindelijk over iets anders.


E

Noteer wat je door het maken van deze opdracht hebt geleerd over:
a. De aansprekers
b. literatuur in het algemeen
Gebruik voor 1 en 2 elk minimaal 50 woorden.