De intrede van Christus in Brussel: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Personages

Het lastige van deze roman is dat alle personages aan je voorbijtrekken als in een droom; zelfs de vrouw van de hoofdpersoon, zijn moeder en buurman zijn geen persoonlijkheden die werkelijk tot leven komen. Verhulst heeft in feite een nieuwe legende geschapen met allerlei figuren die vertegenwoordiger zijn van groepen mensen in onze samenleving: de machthebbers, de militairen, de magistraten, de blaaskaken van de tv, de asielzoekers, de nieuwe mens die skypet, pingt, sms't, mailt en twittert enzovoort.
Bestudeer eerst de bronnen. Geef dan antwoord op de volgende vragen. Maak daarbij gebruik van de tabel.

Titel De intrede van Christus in Brussel
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 4 | Personages
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus personages
Je leert reflecteren op het allegorische karakter van een personage.
Gemaakt door Gosse Koolstra
Bron 1 'Genres binnen de epiek (verhalende teksten)', in: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen, Uitgeverij kleine Uil, 2009, blz. 31-32
Bron 2 'Personages', in: Joke van Balen e.a., Basisboek Literatuur. Groningen, Uitgeverij kleine Uil, 2009, blz. 106-108

Vraag 1


Welke personages kom je in volgorde van optreden tegen in het boek? Inventariseer er niet meer dan vijftien.


Vraag 2


Rangschik de personages die je bij vraag 1 hebt genoteerd in volgorde van belang; begin met de hoofdpersoon.


Vraag 3


Is dit personage een round character, flat character of een type? (Zie de Literaire theorie.) Geef argumenten.


Vraag 4


Wat vertegenwoordigt dit personage? Is dit een psychologisch (P) herkenbaar personage? Kun je spreken van een allegorisch (A) personage, met een symbolische functie?


Vraag 5


Met welke personages sympathiseer je? Leg uit in hoeverre dat te maken heeft met de manier waarop het verhaal verteld wordt.


Tabel

Personage Round of flat character of type, omdat ... P omdat... A omdat... sympathiek / neutraal / onsympathiek, omdat …
1
2
3
4

 

Literaire theorie

Round character: personage waarvan een genuanceerde schets wordt gegeven, waarvan de lezer uiteenlopende eigenschappen, gedachten en gevoelens leert kennen, twijfels, ontwikkeling in denken.
Flat character: personage waarvan de lezer maar enkele eigenschappen leert kennen.
Type: personage waarvan de lezer maar één opvallende eigenschap leert kennen; bijvoorbeeld 'hij is het type van de ruwe bonk met het gouden hart'.