Dertig dagen: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Compositie

De bronnen bij deze opdracht zijn recensies die je op LiteRom kunt vinden. Voor het gebruik van LiteRom geldt: je moet lid zijn van de plaatselijke bibliotheek; dan kun je inloggen met je bibliotheekaccount. 

Titel Dertig dagen
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 4 | Compositie
Studielast 3 uur
Werkvorm individueel
Focus compositie
Je leert reflecteren op de betekenis van de compositie van een literair werk.
Gemaakt door Monique Metzemaekers
Bron Recensie Fortuin (op LiteRom)
Interview Vandorpe (op LiteRom)
Recensie Weijers (op LiteRom)
Recensie Serdijn (op LiteRom)

A

Lees de literaire theorie (onderaan de opdracht). Welke thema’s en motieven heb jij opgemerkt in Dertig dagen?


B

Lees de recensies en vul je lijstje aan.


C

Je ziet dat de recensenten heel verschillende accenten leggen. Volgens de een gaat Dertig dagen over desoriëntatie, de ander vindt dat grenzen een cruciale rol spelen in de roman, en Verbeke zelf zegt dat het over goedheid gaat. Misschien heb jij de roman weer heel anders gelezen.
Gebruik je antwoorden op vraag A en B om je eigen recensie over Dertig dagen te schrijven. De vraag die je in je recensie moet beantwoorden is: waar draait het verhaal nu eigenlijk om, als je de personages en gebeurtenissen buiten beschouwing laat? Je kunt de bronnen als voorbeeld gebruiken. (300 woorden)


Literaire theorie

Motief - De term motief betekent 'elk herhaald betekenisvol element in een werk’. Tijdens het lezen ontdek je dat bepaalde elementen herhaald worden. Door deze elementen met elkaar in verband te brengen ontdek je verhaallijnen. Dáár gaat het verhaal blijkbaar over.
Thema - Het antwoord, in één woord, op de vraag waarover een verhaal gaat, afgezien van de personages en de gebeurtenissen. Het thema is datgene waarop de schrijver een visie heeft of waarover hij de lezer aan het denken wil zetten.

(bron: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen, Uitgeverij kleine Uil, 2009, blz. 113-114.)