Een schitterend gebrek: Opdracht

Opdracht niveau 3 | Stijl

Je kunt gebeurtenissen op zeer verschillende manieren verwoorden. Arthur Japin heeft de dialogen aangepast aan de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Zoals Giacomo en Lucia praten, zo praten wij niet meer.

Titel Een schitterend gebrek
Niveau boek 4
Opdracht niveau 3 | Stijl
Studielast 3 uur
Werkvorm tweetal
Focus stijl
Je leert reflecteren op de werking van stijl.
Gemaakt door Astrid Veelers

Vraag 1


[samen]
Waaraan kun je zien dat deze manier van spreken niet hedendaags is? Illustreer dat met een citaat uit het boek en leg uit wat er anders aan is dan het hedendaagse gesproken woord.


Vraag 2


[samen]
Jullie gaan een dialoog uit het boek aanpassen aan de moderne tijd. Kies samen een dialoog uit het boek waarin het taalgebruik erg afwijkt van hedendaags taalgebruik. De lengte van de dialoog moet minimaal twee pagina's beslaan.


Vraag 3


[samen]
Maak hier samen een gesprek van dat qua taalgebruik vandaag plaats zou kunnen vinden. Probeer duidelijk onderscheid te maken tussen de spreekstijl van Lucia en die van Giacomo.
Let op: de inhoud van het gesprek blijft gelijk, de lengte van het gesprek mag veranderen.


Vraag 4


[individueel]
Zou Een schitterend gebrek een mooier of een minder mooi boek worden als Japin de dialogen in modern Nederlands geschreven zou hebben? Leg je antwoord uit.


(Literaire) theorie

Het begrip stijl heeft betrekking op alle aspecten van het taalgebruik van een schrijver: de woordkeus, de lengte van de zinnen, de opbouw van de zinnen, het opvallend gebruik (of juist het weglaten) van bepaalde woordsoorten, het gebruik van beeldspraak, etc.
Het geheel van stijlkenmerken heeft vaak een bepaald effect op de lezer, waardoor men de stijl van een bepaalde schrijver bijvoorbeeld humoristisch of ironisch vindt, of spreekt over een beeldende, of sobere, stijl.
Zie verder: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen: Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 127-129.