Liefde, als dat het is: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Dialogen

Titel Liefde, als dat het is
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 4 | Dialogen
Studielast 3,5 uur (inclusief D Extra)
Werkvorm Als tweetal
Focus Dialogen
Je leert oog te hebben voor de kunst om goede dialogen te schrijven.
Gemaakt door Jan Erik Grezel
Bronnen Bron 1: schrijftips (YouTube)
Bron 2

Marijke Schermer schrijft sterke dialogen, vinden veel lezers van haar romans. In deze opdracht gaan jullie zelf met dialogen aan het werk en jullie nemen er een paar uit Liefde, als dat het is onder de loep. Wat maakt die dialogen zo goed? Waardoor zou de auteur zo bedreven zijn geworden in dialogen schrijven?


A                                                                                                                                                                                                      

  1. Registreer een natuurlijke dialoog van pakweg één minuut uit het dagelijks leven. Het is een kort tweegesprek, er zijn dus twee deelnemers. Denk aan een situatie op straat, in de trein, in de winkel, op school, aan de eettafel.
  2. Schrijf de dialoog uit.
  3. Wat valt jullie op aan
    - het onderwerp
    - de beurtwisselingen
    - de reacties van de deelnemers op elkaar
  4. Zou je deze dialoog kunnen gebruiken voor bijvoorbeeld een toneelstuk of een verhaal? Waarom wel/niet?
  5. Hoe zouden jullie deze dialoog karakteriseren? Je kunt kiezen uit de volgende woorden (in alfabetische volgorde), maar je kunt ook zelf een karakteristiek bedenken: clichématig – flitsend – gekunsteld – herkenbaar – interessant – irritant – langdradig – schurend – spannend – traag.


B            

  1. Herlees samen twee dialogen uit het boek, bijvoorbeeld die op blz. 74 (‘Wat moet je?’ – ‘Ik zei nee.’), blz. 138 (‘Fijn dat je meeging…’) – blz. 139 (‘Wat? Hoe bedoel je?’) of blz. 164 (‘Misschien moet ik het vertellen.’) – blz. 165 (‘Hoe? Zo? Hoezo?’). Lees de dialogen hardop, neem daarbij allebei een rol.
  2. Hoe zouden jullie deze dialogen beoordelen? Je kunt weer kiezen uit de volgende woorden (in alfabetische volgorde), maar je kunt ook zelf een karakteristiek bedenken: clichématig – flitsend – gekunsteld – herkenbaar – interessant – irritant – langdradig – schurend – spannend – traag.
  3. Beargumenteer in enkele zinnen jullie keuze.
  4. Denken jullie je dat zo’n dialoog zich goed leent voor een toneelstuk? Leg uit.


C

Kijk naar bron 1 (anderhalve minuut). Lees vervolgens de schrijftips helemaal onderaan deze opdracht.
Bespreek samen of jullie het al dan niet goede tips vinden. Beantwoord daarna de volgende vragen.

  1. In hoeverre voldoet de uitgeschreven dialoog uit A aan deze schrijftips/stelregels?
  2. Aan welke regels houdt Schermer zich, al dan niet met opzet, in de dialogen uit vraag B?
  3. Raadpleeg de biografie van de schrijfster op haar eigen website (bron 2). Hoe kun je verklaren dat juist zij volgens sommigen goed is in het schrijven van dialogen?  


D Extra

  1. Stel: jullie krijgen de opdracht om een korte scene uit Liefde, als dat het is uit te kiezen voor toneel en eventueel aan te passen. Welke scene zouden jullie kiezen?
  2. Wat zouden jullie doen met passages waarin je ‘in het hoofd’ van een personage zit? Hoe breng je zulke fragmenten tot leven op toneel? Of moet je die noodgedwongen overslaan?
  3. Bewerk de gekozen scene samen tot een ‘act’ uit een toneelstuk (of film). Schrijf samen het script. Je mag dingen toevoegen en weglaten.
  4. Jullie gaan elk een rol spelen. Leer de tekst goed uit je hoofd, maar improviseren mag altijd.
  5. Voer jullie scene op voor klasgenoten en laat hen het spel én de inhoud becommentariëren.

 

Schrijftips (ontleend aan schrijvenonline.org)

“Met dialogen kun je je verhaal levendig maken. De lezer zit dan midden in de actie. Een dialoog is namelijk het gereedschap om je personages een stem te geven, letterlijk.”

Vijf tips (ingekort) voor het schrijven van goede dialogen: 

1. Doseer de informatie
Stop niet te veel informatie in een dialoog en ook niet te weinig. Volgens sommige schrijvers is een dialoog interessanter als er iets in gebeurt. De dialoog is dan als het ware een handeling op zichzelf.

2. Show, don’t tell
Dit is een algemeen principe voor schrijvers. Je kunt bijvoorbeeld vertellen dat iemand aan de fles is, maar je kunt dat vaak beter laten zien door zijn of haar handelingen. Dat kan overigens ook karikaturaal worden. Een dialoog vertelt meestal meer dan wat je personages letterlijk zeggen. Dialogen laten iets zien over de personages die aan het woord zijn. Ieder personage heeft een eigen stem. Ook de emoties van de personages komen aan bod. Naast de emoties van de personages heb je nog de handelingen die zij tijdens het gesprek uitvoeren. Breek stukken dialoog op met omschrijvingen van handelingen.

3. Houd dialogen enigszins realistisch
In het echte leven praten we niet constant over één onderwerp. We mompelen wat, ratelen aan een stuk door of dwalen af in een poging om onze gedachtes te formuleren. Dit geldt ook voor het geschreven dialoog. Laat je personages de ander onderbreken of probeer het gesprek op een ander onderwerp te brengen. Verder moet een dialoog het onderwerp niet te letterlijk behandelen, maar als het ware in een subtekst laten ontstaan. Anderzijds: maak de dialogen niet té realistisch. Dat kan het vlot lezen ophouden.

4. Doe onderzoek
Onderzoek doen is heel waardevol voor een auteur. Schrijfster Esther Gerritsen gaat voor inspiratie voor goede dialogen niet op zoek in fictie, maar in de realiteit. Met name in het dagelijks leven. Toch kan ook het lezen van dialogen van andere schrijvers je helpen. Op deze manier zie je wat er mogelijk is en waarom bepaalde constructies wel of niet werken. Als je een dialoog geschreven hebt, kun je testen of je dialoog natuurlijk klinkt door deze hardop voor te lezen.

5. Let op de regels, zoals spellingregels, die er voor dialogen gelden. Een nieuwe verteller bijvoorbeeld begint op een nieuwe regel (maar er zijn uitzonderingen).