Liefde, als dat het is: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Perspectief

Titel Liefde, als dat het is
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 4 | Perspectief
Studielast 1,5 uur
Werkvorm Individueel
Focus Perspectief
Je leert oog te hebben voor onopvallende perspectiefwisselingen en hun functie.
Gemaakt door Jan Erik Grezel

In vrijwel alle recensies staat vermeld dat het perspectief in deze roman vaak wisselt, “soms in één alinea”.


A

  1. Bij welke personages ligt het perspectief in deze roman?
  2. Er zijn ook figuren die niet als vertelinstantie optreden. Wie zijn dat en waarom zijn zij geen vertellers?
  3. Levert de schrijfster zelf als vertelinstantie commentaar op de gebeurtenissen? Geef daarvan zo mogelijk twee voorbeelden.


B

  1. Herlees de volgende fragmenten:
    a Blz. 49 ('Misschien niet nu…) – blz. 51 (Op de televisie bellen twee agenten …)
    b Blz. 109 ('Oké. Dan ga ik weg.’) – blz. 110 (Daarna moet hij huilen.)
    c Blz. 128 (Hij drukt het kruimelige deeg…) – blz. 130 (Ally durfde niet te zeggen dat ze geen hulp nodig had.)
    In wiens/wier hoofd zit je als lezer in deze verschillende passages?
  2. Herlees dit fragment:
    d Blz. 189 (Terri staat in de deuropening) – blz. 191 (… maar ze nam niet op.)
    Wat gebeurt hier met de vertelinstantie?
  3. Welke van deze vier fragmenten vind jij het prettigste lezen? Hoe komt dat?


C

  1. In alle vier fragmenten uit B is er sprake van een perspectiefwisseling. Welk verschil zit er niettemin in die wisselingen?
  2. Welke functie(s) of welk effect op de lezer kunnen zulke verschuivingen van vertelinstanties hebben?


D                

Lees onderstaand fragment uit een interview met Schermer in de Volkskrant:

‘In mijn eerste roman, Mensen in de zon uit 2013, wissel ik per hoofdstuk van personage, dat is de beproefde methode. Maar voor Liefde wilde ik een vloeibaar perspectief maken, zodat ik met alle personages kon meebewegen. Dat leek me de geschikte vorm voor dit onderwerp: ik wil dat de lezer midden in het gezelschap verkeert. Volgens mij is er maar één schrijver die dat kan, Virginia Woolf. Van haar heb ik bijvoorbeeld The Years gelezen, om te kijken naar haar techniek.
Het bleek voor mij een heel gepuzzel om de overgangen tussen personages zo ongemerkt mogelijk te laten verlopen. Het werd bijna een sport. Op een gegeven moment dacht ik: zou het ook in één zin kunnen? Dat heb ik in mijn boek één keer gedaan: een herinnering die bij Terri begint, wordt door David overgenomen. De lezer zit dan ineens in een ander hoofd, zonder dat hij een breuk heeft ervaren.’ Ze lacht: ‘Als me dat lukt, ben ik heel tevreden.’

  1. In het interview in de Volkskrant vertelt Schermer hoe ze met het perspectief geëxperimenteerd heeft en welke functie de wisselingen hebben. Welke functie is dat?
  2. Is zij geslaagd in haar opzet? Leg uit.
  3. Je kunt beweren dat deze opzet heel geschikt is voor een roman waarin relatieproblemen en huwelijksperikelen centraal staan. Waarom is dat?