Blokken, Knorrende beesten, Bint: Opdracht

Opdracht niveau 6 | Plaats in de literatuurgeschiedenis

Deze opdracht gaat over Blokken, Knorrende beesten en Bint.

Titel Blokken, Knorrende beesten, Bint
Niveau boek niveau 5
Opdracht niveau 6 | Plaats in de literatuurgeschiedenis
Studielast 3,5 uur
Werkvorm individueel
Focus plaats in de literatuurgeschiedenis
Je leert het eigene van een schrijver benoemen.
Gemaakt door Pieter Waalewijn
Bron nu.nl | Pierre Oitmann, 'Passenger - All The Little Lights', 21 november 2012

'Met het liedje Let Her Go heeft singer-songwriter Mike Rosenberg alias Passenger zijn eerste nummer 1-hit te pakken en het lijkt erop dat hij met zijn vijfde album All The Little Lights Ed Sheeran en Mumford & Sons achterna gaat. Deze artiesten hadden beiden de wind mee toen zij debuteerden, respectievelijk met de albums + en Sigh No More, daar het grote publiek opnieuw interesse toonde in folkpop, dat al jaren een sluimerend genre was net buiten het blikveld van de muziekminnende massa. Ed Sheeran en Marcus Mumford grepen het momentum. [...]
Nu heeft ook Passenger zijn liefelijke uitspattingen, zoals hij laat horen op de hit Let Her Go, het dromerige Patient Love en het breekbare Circles, maar nergens zo nadrukkelijk als genregenoten Ben Howard of Jonathan Jeremiah. In composities en klankkleur mag het werk van Rosenberg zelfs als nog traditioneler worden beschouwd.
Vooral in nummers als Staring At The Stars en  het verstilde Feather On The Clyde laat  Rosenberg horen geïnspireerd te zijn door singer-songwriters van ver voor zijn tijd, waaronder Donovan en Nick Drake. [...]'

Een paar citaten uit zomaar een cd-recensie op nu.nl (zie bron 1). Wat opvalt is de moeite die de schrijver doet om de muziek van Rosenberg te definiëren. Niet alleen het genre wordt bepaald, ook de namen van vier verwante artiesten of groepen en van twee mogelijke inspiratiebronnen komen voorbij. Het doel is natuurlijk dat de lezer nu vrij nauwkeurig weet in welke hoek hij het moet zoeken.
Je vraagt je wel eens af waar die drang om alles van een etiket te voorzien vandaan komt. Hebben we zo'n behoefte aan ordening? Is het onze hokjesgeest? Is het om greep te krijgen op wat we nog niet kennen? Willen we het onbekende van zijn onveilige kanten ontdoen door het vertrouwde erin op te sporen en te benoemen?
In de literatuurgeschiedenis moet ook alles en iedereen zijn plaats toegewezen krijgen. Schrijvers horen in stromingen, boeken in een traditie. Past een schrijver niet in een hokje? Dan wordt hij behandeld in een hoofdstuk over eenlingen of onafhankelijken. Dat kennen we trouwens ook uit de muziek: 'indierock' is weer de verzamelnaam voor 'independent' artiesten…

Waarom dit hele verhaal?
De Nederlandse literatuurgeschiedenis weet niet precies wat ze met Bordewijk aanmoet. Meestal wordt het etiket 'Nieuwe zakelijkheid' gekozen, maar ook 'magisch-realisme' en 'surrealisme' lijken opties (zie Basisboek literatuur). Als men de artistieke verwantschap behandelt, passeren de volgende namen: W.F. Hermans, Franz Kafka, Edgar Allan Poe. Daarnaast worden de schilders A.C. Willink, Adriaen Brouwer en Jeroen Bosch genoemd, en filmregisseur S.M. Eisenstein (aan wie Bordewijk Blokken heeft opgedragen).
We gaan jou nu natuurlijk niet vragen om alsnog een mooi hokje voor Bordewijk te timmeren. Het lijkt ons wel de moeite waard dat jij de zeven genoemde verwante kunstenaars eens natrekt. Verzamel elementen uit de beschrijving of beschouwing van hun werk die je aan Bordewijk doen denken. Want ongetwijfeld kom je bij die andere kunstenaars dingen tegen die je herkent uit Blokken, Knorrende beesten of Bint. Breng alles bij elkaar in een geschreven beschouwing van 600 à 800 woorden.


(Literaire)theorie

  'Stromingen, periodes, literaire groepen of bewegingen', in: Joke van Balen e.a., Basisboek literatuur. Groningen: Uitgeverij kleine Uil, 2009, p. 78 en 95-96.