Clausewitz: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Thema/originaliteit

Titel Clausewitz
Niveau boek 5
Opdracht Niveau 4 | Thema/originaliteit
Studielast 3 uur
Werkvorm Individueel
Focus Thema/originaliteit
Je leert Nadenken over de waarde van (artistieke) originaliteit.
Gemaakt door Pieter Waalewijn
Bron 1 Video-opname van Hallelujah, uit een concert van Leonard Cohen (2009)
Bron 2 Wikipedia | 'Hallelujah (Leonard Cohen)'
Bron 3 Wikipedia | 'René Diekstra'
Bron 4 Wikipedia | 'Plagiaat'
Bron 5 vn.nl | Jeroen Vullings, 'Het Derde Rijk - Roberto Bolaño', in: Vrij Nederland, 21 september 2010
Bron 6 Arie Storm, 'Joost de Vries - Clausewitz', in: Het Parool, 15 oktober 2010

Vraag 1

a.    Ken jij songs/nummers die een cover zijn? Noem een stuk of drie titels, met de namen van uitvoerende artiesten van de cover én van het origineel.

b.    Als jij de covers en de originele uitvoeringen met elkaar vergelijkt, wat valt jou dan op? Kun jij een algemene uitspraak doen in de trant van bijvoorbeeld 'Een cover is altijd minder dan het origineel'? Formuleer zo'n uitspraak, en geef er argumenten bij.

c.    Het nummer Hallelujah (1984) van Leonard Cohen (zie bron 1) is zo'n tweehonderd keer gecoverd. Vijfentwintig jaar later leidde dat bij Cohen tot het verzoek om alsjeblieft te stoppen met het coveren van zijn song. Lees de tekst van bron 2. Zou je nu je uitspraak bij b) nog willen nuanceren, aanvullen of aanpassen?

Vraag 2

Ook in onderwijs en wetenschap komt coveren voor, maar dan heet het anders.
a.    Hoe wordt er op jouw school gereageerd als leerlingen opdrachten, leesverslagen of werkstukken van anderen kopiëren en inleveren alsof ze ze zelf gemaakt hebben? Wat vind jij van die reactie van je school? Wat is het verschil eigenlijk tussen wat zulke leerlingen doen en 'coveren'?

b.    In de wetenschap zijn er regelmatig plagiaataffaires. Tussen 2011 en 2013 moesten in Duitsland twee ministers aftreden omdat ze in hun proefschrift plagiaat gepleegd zouden hebben; daarnaast verdween de Hongaarse president van het toneel, om dezelfde reden. In Nederland heeft vooral de zaak rond hoogleraar psychologie René Diekstra enorme opschudding gewekt; lees het artikel daarover in bron 3.

c.    In het artikel dat je zojuist gelezen hebt, staat dat de beschuldiging van plagiaat tegen Diekstra niet houdbaar bleek, 'ook vanwege het ontbreken van een duidelijke definitie daarvan'. Kun jij een duidelijke definitie van plagiaat formuleren - zonder die uit een woordenboek over te schrijven?

d. Als jij jouw definitie van plagiaat loslaat op het fenomeen 'coveren', is het dan helder wat het verschil is en waar de grenzen liggen?

e. Lees het Wikipedia-artikel over plagiaat (bron 4). Heb je nog behoefte om iets toe te voegen aan je antwoorden op de vorige vragen?

Vraag 3

Al in de eerste zin van de Proloog van Clausewitz staat het werkwoord 'plagiëren'. Aan het eind van de Proloog houdt de ik-figuur, Tim Modderman, zichzelf voor: 'Meneer Brissot schreef zoveel wat ik zelf ook al bedacht had, dat het nooit voelde als plagiaat' (p. 21).

a.    Schrijf zo precies mogelijk op hoe Tim bij het plagiëren te werk gaat en hoe hij dit voor zichzelf rechtvaardigt.

b.    Terwijl Tim aan het plagiëren is, leeft ergens in hem toch ook het besef dat het niet klopt wat hij doet. Citeer de zinnen op p. 11 en 128-129 waaruit dat blijkt.

c.    Interessant in dit verband is ook de discussie tussen Tim en zijn beste vriend, Joost de Vries(!), over halve waarheden en achtergehouden informatie (p. 42-44). Welke conclusies zijn hieruit te trekken over de toelaatbaarheid van plagiaat?


Vraag 4


O ironie: in Vrij Nederland maakt recensent Jeroen Vullings (bron 5) schrijver Joost de Vries het verwijt van … plagiaat! Dat gebeurt helemaal aan het eind van zijn bespreking van een roman van Roberto Bolaño, onder het kopje 'De epigoon'. (De naam Bolaño ben je ook in Clausewitz tegengekomen: het eerste motto is aan deze Chileense schrijver ontleend.)

a.    In een recensie in Het Parool wordt op deze plagiaat-kwestie ingegaan. Lees dit artikel (bron 6) en vat kort samen wat deze recensent, Arie Storm, over het vermeende plagiaat van Joost de Vries opmerkt.

b.    Maakt het voor jouw beoordeling van Clausewitz uit of De Vries wel of niet leentjebuur gespeeld heeft bij een andere schrijver? Is je antwoord op deze vraag in overeenstemming met wat je bij de eerdere vragen over covers en plagiaat hebt geantwoord?