De komst van Joachim Stiller: Opdracht

Opdracht niveau 6 | Literaire kritiek

Titel De komst van Joachim Stiller
Niveau boek 5
Opdracht niveau 6 | Literaire kritiek
Studielast 2 à 3 uur
Werkvorm individueel
Focus literaire kritiek
Je leert reflecteren op literaire kritiek (een verhaalmotief in deze roman), in literair-historisch perspectief.
Gemaakt door naam opdrachtmaker
Bron 1 villamedia.nl | Hugo Borst, 'Jalousie de métier'
Bron 2 dbnl.org | Joos Florquin, 'Ten huize van... Hubert Lampo' [interview]
Bron 3 dbnl.org | 'Fernand Auwera, 'Hubert Lampo'
  1. a. Weet jij wat 'jalousie de métier' is? Geef een omschrijving, eventueel ontleend aan een goed woordenboek.
    b. Denk jij dat 'jalousie de métier' onder schrijvers voorkomt? Waarom wel/niet? Waarop zou die jaloezie betrekking kunnen hebben?
  2. a. Hugo Borst heeft in 2008 een column geschreven onder de titel 'Jalousie de métier' (bron 1). Vat zijn tekst kort samen en maak daarbij duidelijk waar zijn kritiek op gericht is.
    b. Borsts column heeft op zijn beurt weer scherpe reacties losgemaakt (bron 1). Welke verwijten klinken er over en weer?In hoofdstuk 2 en 5 van De komst van Joachim Stiller vertelt journalist-schrijver Freek Groenevelt over de kritiek die de jonge schrijvers van Atomium op hem hebben.
  3. a. Hoe wordt de kritiek op Groenevelt gekenschetst (de aard, de omvang, de intensiteit, de inhoud)?
    b. Hoe maakt Groenevelt die kritiek voor zichzelf onschadelijk? Geeft hij de jonge letterkundigen misschien gedeeltelijk gelijk? Is het in zijn ogen 'jalousie de métier'?
  4. Dit element uit de roman lijkt een autobiografische achtergrond te hebben. In het grote interview van Florquin met Lampo (bron 2) heeft het langste antwoord (p. 72-76) betrekking op de vraag naar de aanvallen van jonge critici op Lampo. De tekst van bron 3 heeft zelfs geen ander thema dan 'op Lampo slaan als gezelschapsspel'. Lees beide teksten (van de eerste alleen de genoemde bladzijden).
    a. Wat is - volgens Lampo zelf - de inhoud van de kritiek op hem?
    b. Hoe maakt Lampo die kritiek voor zichzelf onschadelijk? Geeft hij de critici misschien gedeeltelijk gelijk? Is het in zijn ogen 'jalousie de métier'?
  5. Een van de grootste Vlaamse schrijvers van dit moment is Tom Lanoye. Net als Lampo indertijd heeft hij een enorme reeks boeken op zijn naam staan, waaronder de zeer succesvolle roman Sprakeloos; zijn romans Kartonnen dozen en Het derde huwelijk vind je op Lezenvoordelijst. In zijn jonge jaren heeft Lanoye ook een aantal 'helse kritieken' geschreven, die gebundeld zijn onder de titel Rozengeur en maneschijn (1983). Een van zijn venijnige teksten ging over Hubert Lampo.
    Onder de kop 'Microscoop op Lampo. Het tragisch realisme' reageert Lanoye op een stuk van Lampo waarin deze 'voor de pakweg 127ste keer' heeft uitgelegd wat het magisch-realisme inhoudt. 'Hieruit leid je af dat het publiek er de 126 vorige keren de ballen van heeft gesnapt en dat zelfs Hubert Lampo vindt dat het magisch-realisme als literair begrip net zo stevig in de schoenen staat als de vallende ziekte, zodat het 127 steunkorsetten, noodkrukken en vlugzoutkompressen best kan gebruiken.'
    De toon is gezet. Lanoye ondergraaft vervolgens Lampo's verklaringen over de archetypes van de psycholoog C.G. Jung ('Migraine, migraine') en maakt zijn uitleg belachelijk door die toe te passen op bijvoorbeeld Suske en Wiske. Hij eindigt met een oproep: 'Word zélf een Messias, o Lampo, en bevrijd ons van onze bestaansangst: laat die archetypes voor wat ze zijn. De psychologie is geen wetenschap en Jung geen groot psycholoog. Vergeet hen, en geef ons liever een seintje als je een goed boek hebt geschreven. Ons collectief bewuste zal ons tot een rituele vreugdedans dwingen.'
    a. Zie jij in Lanoyes kritiek op de 'leer' van het magisch-realisme elementen terug uit de teksten die je bij vraag 4 hebt gelezen? Leg uit.
    b. Zie je in Lanoye een jonge schrijver die gedreven wordt door 'jalousie de métier'? Waarom wel/niet?
    c. Zou Lampo zich in 1983 door Lanoye aangevallen of zelfs bedreigd hebben gevoeld, of zou hij gedacht hebben: Ach, zo'n 'keffend broekje', over een paar jaar is men hem vergeten? Licht je antwoorden toe.
  6. Je hebt Lampo nu een beetje leren kennen. Zie jij hem uiteindelijk als iemand die slecht tegen kritiek kon; als iemand die zich als schrijver boven andere schrijvers verheven voelde; als iemand die niet kon verdragen dat een nieuwe generatie haar plaats opeiste; als iemand die leed aan óf zelf slachtoffer was van 'jalousie de métier'; als iemand die gewoon slecht begrepen werd; als iemand … (vul zelf aan)? Licht je keuzes duidelijk toe.