De uitvreter, Titaantjes, Dichtertje: Opdracht

Opdracht niveau 5 | Hoofdmotief in oeuvre

Bij deze opdracht is het mogelijk ervoor te kiezen om alleen de basisopdracht te maken of ook de extra opdracht. Als je kiest voor de laatste, moet je vooraf ook gelezen hebben: A.F.Th. van der Heijden, Het leven uit een dag, uitgeverij Querido, Amsterdam 1988.
Overleg met je docent of je beide boeken op je lijst mag zetten. 

Wat ben jij voor type? Iedere vakantie weer naar een andere bestemming? Of vaak naar dezelfde bestemming, waar je zoekt naar het vertrouwde en waar je je ervaringen steeds weer kunt verdiepen? En ben je allebei een beetje, dan herken je toch de uitgesproken types. In Nescio's werk komt vooral het tweede type vaak voor; dat personage herinnert zich precies hoe vorig jaar om dezelfde tijd als nu de schaduw van een paar bomen viel; de ontroering is er niet minder om, integendeel. Aan de andere kant: die eeuwige herhaling lijkt iets meedogenloos' te hebben. Japi onttrekt zich er in ieder geval aan.

Titel De uitvreter, Titaantjes, Dichtertje
Niveau boek niveau 5
Opdracht niveau 5 | Hoofdmotief in oeuvre
Studielast 3 uur (+ 1 uur voor de extra opdracht)
Werkvorm tweetal
Focus hoofdmotief in oeuvre
Je leert over een hoofdmotief in een literair oeuvre en vóórkomen in een werk.
Gemaakt door Gosse Koolstra
Bron 1 bijbelencultuur.nl | 'Prediker'
Bron 2 volkskrant.nl | Kees Fens, 'De hoogst bereikbare vorm van eentonigheid'

Basisopdracht

Vraag 1

Noteer wat voor type jij bent. Welk genoegen ontleen je daaraan? Of is je keuze ingegeven door weerzin tegen de andere mogelijkheid?

Vraag 2

Welke mogelijkheden sluit je uit door de keuze voor type 1 of voor type 2?

Vraag 3

Wissel jullie bevindingen uit en noteer de uitkomsten waarover jullie het eens zijn.

Vraag 4

Lees de hoofdstukken 1 en 2 van het Bijbelboek Prediker (bron 1). Welk type is de prediker? Waarom vinden jullie dat?

Vraag 5

Lees bron 2 en bespreek het samen. Ziet Fens herhaling als positief of negatief? Op grond waarvan vinden jullie dat?

Vraag 6

Vul samen het schema in. Vragen hierbij zijn: in welke vorm komt er herhaling voor in het verhaal? Moet deze positief of negatief worden beschouwd? Op grond waarvan vinden jullie dat? 

Schema

Verhaal Herhaling in welke vorm? Positief/negatief + uitleg
'De uitvreter'
'Titaantjes'
'Dichtertje'

Extra

Vraag 1

Welke twee visies op 'herhaling' komen voor in Het leven uit een dag?

Vraag 2

Formuleer welke kijk Van der Heijden lijkt te hebben op tijd en herhaling. Verschilt die van die van Nescio? Licht jullie antwoord toe. Betrek hierbij zeker ook het motto van Het leven uit een dag.

Vraag 3

In welke visie op herhaling herken je jezelf, na de voorgaande opdrachten, het meest?