Als het goed is, stel je jezelf bij de verschillende boeken die je leest voor de lijst vragen over de betekenis van de titel. Niet als doel op zich, maar omdat de schrijver je met de keus van de boektitel een sleutel in handen geeft voor een geslaagde interpretatie van het boek.
Bij deze roman valt dat nog niet mee: Het lied van ooievaar en dromedaris - wat is dat voor sleutel?

A

Pas op p. 417 kom je voor het eerst een dromedaris tegen, en na het achtste hoofdstuk helemaal niet meer.

1. Zoek de passages in hoofdstuk 8 op waarin de dromedaris voorkomt: tussen p. 417 en 434. Vat samen wat er in dit hoofdstuk over de dromedaris wordt gezegd.
2. Hoe interpreteer jij dit element in deze context: waar staat de dromedaris voor?
    

B

De ooievaar komt alleen in hoofdstuk 10 voor, in het verhaal waar Emery Jane mee verovert (p. 527-528).

1. Zoek alle passages in hoofdstuk 10 op waarin de ooievaar voorkomt: tussen p. 527 en 563. Vat samen wat er in dit hoofdstuk over de ooievaar wordt gezegd.
2. Emery toont zich verbaasd (p. 528) dat zijn ooievaar-verhaal een diepere boodschap zou bevatten: zo had hij het nog nooit bekeken. De ooievaar legt hier een wezenlijk verschil tussen Emery en Jane bloot. Leg uit wat dat verschil is.
3. Op de volgende bladzij al (p. 529) wordt duidelijk dat Emery het verhaal ‘gejat’ heeft, uit Out of Africa. Zoek via bron 1 uit wat dat oude volksverhaal inhoudt, en doe daarvan verslag.
4. Hoe interpreteer jij nu dit ooievaar-motief: waar staat de ooievaar voor? 

C

Daanje heeft de hele roman betiteld als Het lied van ooievaar en dromedaris. Schrijf een korte tekst (max. 250 woorden) waarin jij uitlegt hoe deze titel volgens jou betrokken moet worden op de hele roman. Maak daarbij gebruik van je bevindingen bij A en B.