Schemerleven: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Personages

Titel Schemerleven
Niveau boek niveau 2
Opdracht niveau 2 | Personages
Studielast 1,5 uur
Werkvorm Individueel
Focus Hoofdpersonages in een roman
Je leert beoordelen hoe een schrijver de hoofdpersonages schetst.
Gemaakt door Jan Erik Grezel
Bronnen Bron 1
Bron 2

Elfrieda Tendeloo is de hoofdpersoon in Schemerleven. Daarnaast speelt Otto een belangrijke rol. In deze opdracht ga je inzoomen op beide figuren.


A

  1. Noteer een aantal feitelijke zaken over Frieda en Otto uit de eerste drie hoofdstukken die in 1963 spelen (5, 7 en 8).
  2. Wat voor beeld krijg je van deze personages? Wat voor type is Frieda? En wie is die Otto eigenlijk? Is hij een open boek of is hij wat geheimzinnig? Is hij zorgzaam of nonchalant? Impulsief of bedachtzaam?
  3. Leg uit hoe de indrukken en beelden van deze personages ontstaan. Is dat bijvoorbeeld vooral door (beschrijvingen van) hun gedrag, hun gewoontes of door wat zij zeggen en wat ze niet zeggen? Kortom: hoe zet de schrijver deze figuren neer?
  4. In hoofdstukken 11 en 12 lees je verder over wat er met Otto en Elfrieda gebeurt in hun eerste maanden samen. Verandert het aanvankelijke beeld van de beide figuren dan of niet? Zo ja, hoe? 


B

  1. Een personage krijgt meestal duidelijke trekken en contouren in cruciale scènes. Zo’n scène staat beschreven in hoofdstuk 21. Het is dan september 1963. Wat gebeurt er kort gezegd in dit hoofdstuk?
  2. Wat vind jij van de reactie van Otto? Welk oordeel heb jij daarover? Is zijn reactie bijvoorbeeld begrijpelijk en invoelbaar of juist stuitend en verwerpelijk? Leg uit.
  3. En wat is dan de reactie van Frieda daarop? Wat vind jij daarvan?
  4. Hoe verandert de relatie van Ietje en Otto in deze periode? En verandert jouw idee over hun karakter(s) ook? 


C

  1. Wat weet je over het leven van Otto Drehmann ná 1963?
  2. Hoe stelt Frieda zich op tegenover Otto’s vrouw?
  3. Stel dat jij Frieda was geweest. Zou jij gezwegen hebben tegenover Otto’s vrouw?
  4. Wat zou jij in Frieda’s plaats tegen Otto in het verpleeghuis gezegd hebben?
  5. Hoe beoordeel jij de reactie van de oude Otto als hij de ontmoeting met Ietje heeft?
  6. Wat is het belangrijkste gevolg van het bezoek van Frieda aan Otto in het verpleeghuis? 


D

Elfrieda’s achternaam is Tendeloo. Die naam is bewust gekozen door de schrijver. Lees bron 1 en bron 2.

  1. Leg kort uit waarom Robben kennelijk voor deze achternaam gekozen heeft.
  2. Wat vind je van deze keuze? 
  3. Voegt de kennis over de achtergrond van die naam iets toe aan jouw waardering van het boek?