Het verdriet van België: Opdracht

Opdracht niveau 6 | Klassieke motieven

Lees de bronnen 1 en 2 en voer dan de opdrachten onder A uit.

Titel Het verdriet van België
Niveau boek niveau 6
Opdracht niveau 6 | Klassieke motieven
Studielast 4 uur
Werkvorm individueel
Focus klassieke motieven
Je leert doorzien welke betekenis een auteur aan zijn roman kan meegeven door het gebruik van klassieke motieven.
Gemaakt door Gosse Koolstra
Bron 1 Wikipedia | over het Oedipuscomplex
Bron 2 Wikipedia | over Oedipus
Bron 3 dbnl.org | 'Oedipus in Vlaanderen
Bron 4 Wikipedia | over Het verdriet van België

A

Vraag 1

Welke parallellen zie je tussen de antagonisten in de mythe van Oedipus en de hoofdpersonages Louis, Staf en Constance?


Vraag 2

Met welke argumenten zou je de stelling ondersteunen dat er tussen Louis en zijn moeder een oedipale verhouding bestaat?


Vraag 3

Welke argumenten kunnen ondersteunen dat Louis zijn vader haat?


B

Vraag 1

Breng de belangrijkste vrouwen en mannen (in deze volgorde) met wie Louis een relatie heeft in beeld door in kolom 1 van onderstaand schema eerst de vrouwen en daarna de mannen in te voeren. Gebruik eventueel de lijst van personages in bron 4, maar maak daaruit wel een selectie naar de mate waarin ze (volgens jou) een belangrijke rol spelen voor Louis.


Vraag 2

In kolom 2, 3 en 4 vul je de rol in die zij hebben t.o.v. Louis.
NB: sommigen mag je meer rollen toebedelen. Als een rol zich ontwikkelt of verandert, geef je dat aan met een V achter het kruisje.


Vraag 3

In kolom 5 komt een toelichting op je keuze. Als je over het toekennen van een bepaalde rol hebt getwijfeld, wordt dat ook in kolom 5 aangegeven (T). Licht ook een eventuele verandering in een rol toe.


schema: rol van antagonisten van Louis Seynaeve

C

Vraag 1

Lees bron 3. Van Buuren merkt op: ‘In De verwondering en Omtrent Deedee krijgen de vaders de volle laag: autoritaire politieke leiders, patriarchale familietirannen en vooral kerkelijke autoriteiten moeten het ontgelden. Vlaamse fascistoïde, soms ronduit fascistische maatschappijvormen worden in direct verband gebracht met de gehate vaders.’ In welke mate is dat volgens jou ook het geval in Het verdriet van België? Noem personages en romanpassages om je antwoord te ondersteunen.


Vraag 2

‘Het overtuigende in Het verdriet van België lijkt me te liggen in het feit dat (1) hier de wrok gericht wordt (2) naar wie ze ook gericht zou moeten zijn, (3) de vasthoudende obsederende moederfiguren.’ Kun jij je vinden in deze uitspraak van Van Buuren? Leg je reactie op de drie aspecten van deze uitspraak uit.


Vraag 3

Welk verband zie je tussen Louis’ moederbinding en zijn associatie van haar met de maagd Maria, Moeder Gods?


Vraag 4

Bij oedipale binding hoort ook castratieangst (zie opnieuw bron 1). Welke concrete vormen van castratieangst bij Louis beschrijft Claus?


Vraag 5

Louis wentelt zijn castratieangst af op Vlieghe, op wie hij eerder al zijn verdrongen seksuele lusten had afgereageerd. Leg in ‘Freudiaanse’ zin nu het verband uit tussen deze gebeurtenissen.


Vraag 6

Het levensmotto ‘Toujours sourire’ van Louis lijkt het cruciale verschil te maken tussen Louis’ overleven en Vlieghes ondergang. Analyseer nu met deze gedachte in je achterhoofd hoe het zit met de vriendschap / liefde tussen Louis en Vlieghe: hebben zij nu beiden veel van de ander gehouden, of kwam de liefde alleen van Vlieghes kant? Waarom denk je dat?