Niemandsjongen: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Heden en verleden

Titel Niemandsjongen
Niveau boek 2
Opdracht niveau 2 | Heden en verleden
Studielast 1 uur
Werkvorm individueel
Focus verhaallijnen
Je leert twee verhaallijnen met elkaar te verbinden.
Gemaakt door Ilse Hanenburg

A

1. Heb jij wel eens iets gedaan om iemand in nood te helpen? Zo ja, wat was de situatie en wat deed je?

2. Stel: iemand is op de vlucht en verstopt zich bij jou in huis. Hoe zou je reageren als je die persoon ontdekt? Houd je de persoon en de verstopplek geheim of vertel je het aan iemand?

B

1. In Niemandsjongen komt het verhaal van Albert Jonnart die de Joodse Ralph heeft helpen onderduiken meerdere keren naar voren. Max praat hierover met madame Pauline. Wat vindt zij ervan dat Albert een Joodse jongen heeft verstopt in huis? 

2. Wat vindt madame Pauline ervan dat Max een Syrische vluchteling heeft helpen verstoppen in huis?

3. Vindt zij de acties van Albert en Max vergelijkbaar? Waarom wel of niet?

4. Vind jij de acties van Albert en Max vergelijkbaar of zijn er volgens jou verschillen? Leg je antwoord uit in ongeveer 75 woorden. 

5. Zie jij overeenkomsten of juist verschillen tussen Joodse vluchtelingen die vluchtten tijdens de Tweede Wereldoorlog en Syrische vluchtelingen nu? Leg je antwoord uit.

C

1. Waarom zou de schrijfster het verhaal van Albert Jonnart in haar boek hebben verwerkt?

2. Zou Niemandsjongen een beter of slechter boek zijn als het verhaal van Albert Jonnart was weggelaten? Leg je antwoord uit in ongeveer 50 woorden.