Boektitel: Opdracht
Opdracht niveau 4 | Thema: vooroordelen
| Titel | Rosie ♥ Jack |
|---|---|
| Niveau boek | 3 |
| Opdracht | niveau 4 | Thema |
| Studielast | 1 à 2 uur |
| Werkvorm | individueel |
| Focus | thema: vooroordelen |
| Je leert | te reflecteren op een belangrijk thema in het verhaal. |
| Gemaakt door | Ymkje Visser |
A
1. Had jij voordat je Rosie ♥ Jack las vooroordelen over mensen met het syndroom van Down? Zo ja, welke?
2. Is dit veranderd door het lezen van het boek? Leg je antwoord uit.
B
Rosie krijgt tijdens haar reis te maken met verschillende personen die vooroordelen over haar hebben.
1. Vul onderstaande tabel verder in.
| Persoon | Vooroordeel | Waarom hebben ze dit vooroordeel, denk je? | Komt de persoon op zijn/haar vooroordeel terug? Waarom wel/niet? |
|---|---|---|---|
| Verkoper van treinkaartjes | Gaat ervanuit dat Rosie samen met anderen op reis is. | ||
| Lawrence | |||
| Janek | |||
| Lisette |
2. Rosie merkt dat mensen vooroordelen over haar hebben. Waaraan merkt ze dit? Geef minimaal drie concrete voorbeelden uit het verhaal.
3. Trekt ze zich iets aan van de vooroordelen die mensen over haar hebben? Leg je antwoord uit.
4. Ook Rosies ouders hebben vooroordelen over haar. Vanwege hun vooroordelen behandelen ze Rosie anders dan haar broertje Ben. Geef ook hiervan drie concrete voorbeelden.
5. Wat vindt Rosie ervan dat haar ouders haar anders behandelen dan Ben?
6. Wat vind jij erger: dat vreemden vooroordelen over Rosie hebben of dat haar eigen ouders vooroordelen over haar hebben? Leg je antwoord uit.
7. Denk je dat Rosies ouders aan het einde van het verhaal terugkomen op hoe ze aanvankelijk over Rosie dachten? Leg je antwoord uit.
C
1. Wat hebben Rosies ouders over hun dochter geleerd in dit verhaal?
2. Wat zou jíj van Rosie kunnen leren? Geef minimaal twee voorbeelden en leg je antwoord uit.
