A

Vraag 1


Op bladzijde 235 trapt Sandra Bart Willink hard in zijn kruis. Welk van de onderstaande reacties komt het dichtst in de buurt bij wat je voelde toen je dat las?

Optie A


Net goed!


Optie B


Hè? Waar slaat dit nu weer op?


Optie C


Nee! Doe dat toch niet!


Optie D


Nog een keer, nog een keer!


Vraag 2


Licht je keuze bij vraag 1 kort toe.


B


Wraakverhalen zijn zeer populair. Je ziet ze terug in boeken, films en computerspellen. Zo'n verhaal gaat meestal als volgt:


Ontwikkeling 1


aan het begin overkomt de hoofdpersoon iets ergs;


Ontwikkeling 2


al snel wordt duidelijk wie dat erge gedaan heeft;


Ontwikkeling 3


die persoon is vaak een overduidelijk slecht mens; 


Ontwikkeling 4


de hoofdpersoon bedenkt een wraakplan;


Ontwikkeling 5


vaak mislukt dat plan eerst;


Ontwikkeling 6


uiteindelijk pakt de hoofdpersoon de slechterik terug, op een manier die verwijst naar wat de slechterik de hoofdpersoon heeft aangedaan.


Vraag 1


Is Het gym zo'n typisch wraakverhaal? Vul tabel 1 in om daar achter te komen.


Vraag 2


Kies de juiste omschrijving en leg je keuze uit:


Omschrijving A


Het gym is een typisch wraakverhaal.


Omschrijving B


In Het gym is wraak, naast andere dingen, ook belangrijk.


Omschrijving C


In Het gym wordt wraak op een originele manier beschreven


C


Vraag 1


Bioscooppubliek kan zelfs gaan juichen als de held van de film uiteindelijk wraak neemt, maar psychologen zeggen juist vaak dat wraak nemen helemaal niet goed voor je is. Bron 1 is een artikel over wraak nemen, dat begint met te zeggen dat de beste wraak eigenlijk géén wraak nemen is. Lees de vetgedrukte inleiding van dit artikel.

Stel dat Sandra de inleiding op dit artikel gelezen had, en haar wraak op Bart Willink niet had uitgevoerd.


Optie A


Dan was Het gym een leuker boek geweest. Ja/nee, want …


Optie B


Dan was Het gym een origineler boek geweest. Ja/nee, want …


Optie C


Dat was beter geweest voor Sandra. Ja/nee, want ...


Optie D


Dan had de lezer meer van Het gym kunnen leren. Ja/nee, want …


D


Vraag 1


Kijk nog eens terug naar je antwoorden bij opdracht A. Vind je dat je je moet schamen voor je reactie op Sandra's wraakactie? Kies uit ja/nee/een beetje en licht je antwoord toe.


Tabel 1