PAAZ: Opdracht

Opdracht niveau 3 | Perspectief en personages

Titel PAAZ
Niveau boek niveau 2
Opdracht niveau 3 | Perspectief en personages
Studielast 3 uur
Werkvorm individueel
Focus perspectief en personages
Je leert reflecteren op het effect van het ik-perspectief.
Gemaakt door Monique Metzemaekers

A

In PAAZ vertelt Emma in de ik-persoon over de vijf maanden waarin ze opgenomen is. Lees jij graag boeken die geschreven zijn in een ik-perspectief? Waarom wel/niet?


B

Als lezer zit je opgesloten in Emma’s hoofd. Je kent alleen haar gedachten. Wat de andere personages denken, weet je niet, maar kun je wel afleiden uit bijvoorbeeld gesprekken en hun gedrag. Stel je voor dat je een blik in het dagboek van dokter Visser, Alice en Elise kunt werpen. Kies twee van de volgende opdrachten en licht je keuze toe.


Vraag 1

Emma gaat een moeilijk gesprek met dokter Visser over de behandeling aan (herlees p. 202 t/m 210). Wat schrijft dokter Visser daar ’s avonds over in haar dagboek? (250-300 woorden)


Vraag 2

Alice gaat naar huis. Emma en Alice nemen afscheid (herlees p. 222 t/m 228). Wat schrijft Alice ’s avonds in haar dagboek over haar relatie met Emma? (250-300 woorden)


Vraag 3

Emma bespreekt een traumatische jeugdherinnering met Elise (herlees p. 241 t/m 245 en 253 t/m 256). Wat schrijft Elise hierover in haar dagboek na het telefoongesprek met Emma? (250-300 woorden)


C

Kies één van de volgende uitspraken en licht toe:

  • Emma heeft een goed inzicht in andere mensen, want …
  • Het ontbreekt Emma totaal aan inzicht in andere mensen, want …
  • Enerzijds heeft Emma een goed inzicht in wat anderen denken en voelen, anderzijds juist niet, want …