Zoekresultaten
Resultaat 1 - 3 (van 3)
Kinderjaren
Jona Oberski
'In het nieuwe kamp zagen wij nooit mijn vader. Nu moesten wij maar afwachten hoe hij opschoot met onze reis naar Palestina. 's Avonds spraken de mensen erover dat je helemaal niet naar Palestina zou gaan. Maar iemand zei "stil er zijn kinderen hier". Ik deed net alsof ik geen last had van hun gepraat. Na een tijdje hoorde ik er niets meer van.'
Lezen voor de lijst, 15-18 jaar, Niveau 2, 1978
De kleine Johannes
Frederik van Eeden
'De kleine Johannes' begint met 'Ik zal u iets van de kleine Johannes vertellen. Het heeft veel van een sprookje, mijn verhaal, maar het is toch alles werkelijk zo gebeurd.' Johannes is een jongetje dat veel van de natuur houdt. Op een dag ontmoet hij in de tuin de elf Windekind. Windekind neemt Johannes mee naar het rijk van de dieren. Johannes is zo van deze wereld vervuld, dat hij er wel altijd zou willen blijven.
Lezen voor de lijst, 15-18 jaar, Niveau 4, 1887
Fabriekskinderen
Jacob Jan Cremer
Het verhaal begint 's ochtends vroeg, rond zes uur, aan het eind van een koude winternacht. Drie kinderen lopen door de stille straten van een achterbuurt in Leiden. Het zijn de oudste drie kinderen van Gerrit Zwarte, een werkloze timmermansknecht die aan de drank is. Zij zijn op weg naar een Leidse stoomwolspinnerij, waar zij de kost moeten verdienen. Saartje van elf heeft koorts, maar ziek thuis blijven kan niet.
Lezen voor de lijst, 15-18 jaar, Niveau 3, 1863