Gesplitst: Opdracht

Opdracht niveau 3 | Spanning

Titel Gesplitst
Niveau boek niveau 3
Opdracht niveau 3 | spanning
Studielast 1 à 2 uur
Werkvorm individueel
Focus spanning: open plekken
Je leert over open plekken.
Gemaakt door Lotte Straatsma

Vraag A

Bij 'spannende' boeken denk je misschien vooral aan thrillers en detectives, moord en doodslag en bloedstollende actie en achtervolgingen. In literatuur wordt de term spanning echter in alle gevallen gebruikt waarin de lezer, om welke reden dan ook, verder wil lezen.

Noteer een voorbeeld van een situatie waarin je verder wilde lezen in Gesplitst om iets te weten te komen over het vervolg van het verhaal, een personage of iets anders.


Vraag B
Lees de (literaire) theorie hieronder en bekijk de afbeelding.

1. Neem het schema over en vul aan. Eén voorbeeld is al ingevuld.
2. Noteer vervolgens hoe de open plekken worden ingevuld.
3. Welke open plek in de tabel heeft een korte spanningsboog?
4. Welke open plek in de tabel heeft een lange spanningsboog?
5. Op welke vraag wilde jij het liefst antwoord?

Bladzijde    Open plek (vraag)                                                    Invulling (antwoord)
32              Wat is een 'vertiendingsfeest'?                                ...
...                 ... 
...
...


Vraag C
Hoe had de schrijver door het gebruik van open plekken het verhaal nóg spannender kunnen maken? Noteer drie suggesties.

 

Literaire theorie
Open plekken - Veel verhalen en films worden spannend doordat er vragen worden opgeworpen, die niet meteen beantwoord worden. Zo'n vraag wordt in de literatuurwetenschap een open plek genoemd. De afstand tussen de open plek (de vraag) en de invulling ervan (het antwoord) noem je een spanningsboog. Als een vraag al vrij snel wordt beantwoord, is er sprake van een korte spanningsboog; als het heel lang duurt voordat de vraag wordt beantwoord, is er sprake van een lange spanningsboog.