Maak opdracht A en B voordat je het boek leest. Als je een jongen bent, benader deze opdracht dan vanuit het beeld dat jij hebt van loverboys.

A

Echte mannen eten geen kaas gaat over loverboys en hun slachtoffers. Heb jij enig idee wat er precies bedoeld wordt met het woord 'loverboy'?


Vraag 1


Hoe klinkt het woord in jouw oren? Welke muziek hoort hierbij?


Vraag 2


Welke kleur vind jij bij het woord 'loverboy' horen? Waarom juist deze kleur?


Vraag 3


Zoek een plaatje op internet dat goed past bij jouw idee van een loverboy.


B


Vraag 1


Misschien heb je zelf een relatie. Je kent in ieder geval vast wel iemand die dat wel heeft. Vul de checklist over die persoon in die je vindt bij bron 1.

Vraag 2


Stel je voor dat het resultaat van de checklist is dat het inderdaad om een loverboy, een 'fout' vriendje gaat. Wat kan je dan het beste doen?


C

Vraag 1


Lees bron 2. Vind je achteraf de term 'loverboy' goed gekozen? Leg uit waarom wel/niet en verwijs in je antwoord naar wat je bij de vragen A en B hebt opgeschreven.


Vraag 2


Welke term zouden mensen beter kunnen als ze over loverboys praten? Leg je antwoord uit.