Het schnitzelparadijs: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Genre

Een eventuele opdracht titel

De rest van de eventuele inleiding.

Titel Het schnitzelparadijs
Niveau boek niveau 3
Opdracht niveau 4 | Genre
Studielast 2 uur (exclusief lezen tweede roman)
Werkvorm individueel
Focus genre
Je leert reflecteren op het genre immigrantenroman.
Gemaakt door Jannet Oosterhuis
Bron 'Oude en nieuwe Nederlanders: immigrantenliteratuur', op: literatuurgeschiedenis.nl

A

Vraag 1

De auteur van Het schnitzelparadijs is geboren in Marokko. Noem vier dingen waaraan je dat kunt merken wanneer je deze roman leest.

Vraag 2

Literatuur van Nederlandse auteurs die in het buitenland zijn geboren, wordt wel (im)migrantenliteratuur genoemd. Lees hierover bron 1. Noteer de twee aspecten die volgens bron 1 kenmerkend zijn voor dit genre.

Vraag 3

Vind je deze twee aspecten terug in Het schnitzelparadijs? Noteer dit voor beide aspecten en ondersteun je beweringen met voorbeelden uit het boek.

B

Vraag 1

Vraag aan je docent of je ook een van de volgende vier romans (allemaal N4) op je lijst mag zetten:
Paravion van Hafid Bouazza;
Spijkerschrift of Het huis van de moskee van Kader Abdolah;
Bruiloft aan zee van Abdelkader Benali.
Lees een van deze romans.

Vraag 2

Je gaat deze roman vergelijken met Het schnitzelparadijs. Je kijkt naar de kenmerkende aspecten voor immigrantenliteratuur, naar de personages, de stijl plus een aspect naar keuze. Vul daarvoor onderstaande tabel in. Natuurlijk kun je gebruik maken van je antwoord bij vraag 3 van onderdeel A. Geef bij je beweringen voorbeelden uit de romans.

Vraag 3

Van welke van de twee romans heb jij het meest genoten? Als je kijkt naar het ingevulde tabel, is dit dan de roman die het sterkst trekken van immigrantenliteratuur vertoonde? Had dat invloed op je leesplezier? Leg je antwoord uit.

Vraag 4

Bron 1 eindigt als volgt:
'Zo blijkt dat dé immigrantenliteratuur helemaal niet bestaat. Het is slechts een term die handig kan zijn om bepaalde kenmerken (bijvoorbeeld de thema's identiteit en locatie) op het spoor te komen, en daarna weer zo snel mogelijk te vergeten.'
Ben jij het eens met deze uitspraak? Waarom (niet)? Onderbouw je antwoord met minstens drie argumenten.

tabel