Nooit meer slapen: Opdracht

Opdracht niveau 5 | Betekenis

Titel Nooit meer slapen
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 5 | Betekenis
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus betekenis
Je leert reflecteren op de vraag hoe theorieën die de schrijver heeft, terugkeren in het verhaal.
Gemaakt door Martijn Koek
Bron dbnl.org | Frans A. Janssen, 'Schrijven als een fototoestel? Willem Frederik Hermans en de fotografie'

Vraag 1


Maak een foto van je gezicht. Bekijk de foto en beantwoord, terwijl je kijkt, de volgende vragen kort, met ja of nee:
a. Het is net alsof ik in de spiegel kijk. Ja/nee
b. Als ik over mezelf denk, zie ik zo'n foto voor me. Ja/nee
c. Als anderen over mij nadenken, zullen ze misschien wel zo'n foto voor zich zien. Ja/nee
d. Foto's maken spiegels overbodig. Ja/nee


Vraag 2


Halverwege hoofdstuk 7 in Nooit meer slapen beschrijft Alfred zijn theorie over de drie stadia in de geschiedenis van de mens. Herlees die anderhalve bladzijde (vanaf 'Als je mij vraagt ...' t/m '... komt tot bloei.').
Stel dat Alfred net zo'n foto van zichzelf had gemaakt als jij bij 1. Wat waren zijn antwoorden geweest op de vier vragen hierboven, en waarom? Vul tabel 1 in.


Vraag 3


Van Hermans zelf is bekend dat hij buitengewoon geïnteresseerd was in fotografie en al vanaf zijn vroege jeugd foto's maakte. In een ingewikkeld essay schrijft Hermanskenner Frans A. Janssen over de gedachten en ideeën die Hermans had over de fotografie (zie bron 1).
Dit is, samengevat, zijn conclusie:
I. Hermans ziet fotografie als een instrument om de werkelijkheid objectief te beschrijven - een fototoestel is immers een machine die geen gedachten en gevoelens kan toevoegen aan wat hij 'ziet'.
II. Tegelijkertijd zegt Hermans dat een foto toch ook weer niet de werkelijkheid weergeeft, omdat het toestel slechts een moment vastlegt. Je zou alle momenten vanuit alle hoeken moeten fotograferen om de werkelijkheid vast te kunnen leggen.
III. De functie van de fotografie is een deel van de werkelijkheid zo vast te leggen dat er een diepere waarheid achter die werkelijkheid zichtbaar wordt.
Leg bij elk van de bovenstaande visies op fotografie uit of hij past bij Alfreds gedachten over de fasen in de geschiedenis van de mensheid.


Vraag 4


In Nooit meer slapen spelen foto's en fotografie na hoofdstuk 7 nog steeds een rol. Zo zijn de ontbrekende luchtfoto's voor Alfred een terugkerende frustratie. In hoofdstuk 31 krijgt hij ze dan eindelijk te zien. Herlees dit hoofdstuk.
Onderzoek in hoeverre Hermans' ideeën over fotografie in dit hoofdstuk naar voren komen. Vul hiervoor tabel 2 in.


Vraag 5


Kijk je antwoorden op vraag 1 tot en met 4 nog eens terug. Probeer nu te formuleren of je - op grond van Nooit meer slapen - kunt concluderen dat Hermans een diepere waarheid achter de werkelijkheid ziet. Zo ja: welke is dat dan? Zo nee: hoe komt dat?


Vraag 6


Wat denk je: zou het in deze tijd, waarin bijna iedereen voortdurend met een camera rondloopt, gemakkelijker zijn om de werkelijkheid vast te leggen dan in de tijd van Nooit meer slapen? Licht je antwoord toe met verwijzingen naar wat je bij vraag 1 t/m 5 hebt geantwoord.


Tabel 1

Alfred zou waarschijnlijk ja/nee zeggen ... ... want dat zie je op deze manier aan zijn theorie over de drie stadia van de geschiedenis van de mens …
Het is net of ik in de spiegel kijk.
Als ik over mezelf denk, zie ik zo'n foto voor me.
Als anderen over mij nadenken, zullen ze misschien wel zo'n foto voor zich zien.
Foto's maken spiegels overbodig.

Tabel 2

Hermans' visie op fotografie Komt op deze manier terug in hoofdstuk 31: Wordt op deze manier weersproken in hoofdstuk 31: Komt niet voor in hoofdstuk 31:
Foto's zijn een manier om de werkelijkheid objectief te beschrijven.
Een foto geeft de werkelijkheid niet weer.
Een foto maakt een diepere waarheid achter de werkelijkheid duidelijk.