Langendijk heeft Het Wederzyds Huwelyksbedrog een blijspel genoemd. Hij heeft zich van verschillende middelen bediend om de lezer/toeschouwer aan het lachen te maken.

A


Vraag 1


Ga eerst na welke middelen dat zijn. Besteed daarbij in elk geval aandacht aan de volgende aspecten:


Aspect 1


de namen van de personages (zie bronnen)


Aspect 2


de kennisvoorsprong van de lezer (de lezer/toeschouwer weet meer dan de personages)


Aspect 3


de kluchtige elementen


Aspect 4


de terzijdes


Aspect 5


het bespotten van de modeliteratuur, van de Franse manier van doen, de rederijkers, de adel

B


Vraag 1


Ga vervolgens na of scholieren het eens zullen zijn met de stelling dat Het Wederzyds Huwelyksbedrog een van de beste blijspelen uit de achttiende eeuw wordt genoemd. Doe dat door op scholieren.com in boekverslagen te zoeken naar opmerkingen over de humor in het stuk. Vinden middelbare scholieren het stuk humoristisch of niet? Welke humoristische elementen worden gewaardeerd en welke niet? 


C


Vraag 1


Schrijf in ongeveer 300 woorden een advies aan je docent Nederlands om Het Wederzyds Huwelyksbedrog uit te kiezen voor de jaarlijkse toneelopvoering op je school. Ga daarbij in op het humoristische gehalte van het stuk en geef duidelijk aan waarom jij denkt dat de leerlingen bij jullie op school de humor (niet) zullen waarderen.