De Kapellekensbaan: Opdracht

Opdracht niveau 5 | Personages

De Vlaamse recensent Dirk Leyman schrijft in 2014: 'Van Boontje mogen alle personages op hun eigenste manier meeschrijven aan de kolos die De Kapellekensbaan moet worden en hun zegje doen over het uitdijende patchwork. Boon liet "zijn personages ronddobberen als op een vlot", zoals essayiste Annie van den Oever het ooit noteerde. Wie van De Kapellekensbaan een raadspel wil maken over de herkomst van de personages, heeft zijn handen vol. Talloze personages zijn in feite afsplitsingen van Boon zelf en ze wonen allemaal aan de Kapellekensbaan. Boons romanfiguren zijn spreekbuis maar ook sparringpartner. Ze interpelleren en interveniëren. Het zijn "volksvertegenwoordigers in het parlement van zijn brein", zoals Mark Cloostermans het in Staalkaart eens formuleerde.'

Je hoeft je niet te gaan bezighouden met een raadspel over de herkomst van Boons personages. Maar het is voor elke lezer van dit boek wel interessant om na te gaan welke rol de verschillende personages toebedeeld hebben gekregen.

Titel De Kapellekensbaan
Niveau boek niveau 6
Opdracht niveau 5 | Personages
Studielast 2 uur
Werkvorm individueel
Focus personages
Je leert reflecteren op de rollen van verschillende personages.
Gemaakt door Pieter Waalewijn

A

Vraag 1

We beginnen bij het voorwoord. Neem de namen die daar genoemd worden over in onderstaande schema’s: een voor het Ondine-verhaal en een voor de Boontje-lijn.


Vraag 2

Schema 2 is nog niet compleet: meteen als je hoofdstuk 1 begint te lezen, kom je een andere hoofdpersoon uit de roman tegen. Vul de eerste kolom van schema 2 aan met de personages die in het voorwoord nog ontbraken. Haal vervolgens de namen door van de personages die niet meer dan bijfiguren zijn, zodat je alleen de hoofdrolspelers overhoudt.


Vraag 3

Omschrijf in de tweede kolom van schema 2 welke rol de verschillende personages uit Boontjes entourage vervullen. In het stukje 'Schijn en wezen' (ruim over de helft van het derde hoofdstuk) krijg je daarbij wat hulp van de schrijver.


Vraag 4

Omschrijf in de tweede kolom van schema 2 welke rol de verschillende personages uit Boontjes entourage vervullen. In het stukje 'Schijn en wezen' (ruim over de helft van het derde hoofdstuk) krijg je daarbij wat hulp van de schrijver.
      a. 'Talloze personages zijn in feite afsplitsingen van Boon zelf,' zegt Leyman. Als dat voor íemand geldt, dan is dat voor Johan Janssens, die vaak Boons alter ego wordt genoemd. Wat zijn de overeenkomsten tussen Johan Janssens (de schrijver van de Reinaert-verhalen in de roman) en Louis Paul Boon, schrijver en samensteller van de hele roman?
      b. Komt jouw beschrijving van Janssens' rol (zie schema 2) overeen met het beeld van 'alter ego' van de schrijver? Licht kort toe.


Vraag 5

In het inleidinkje van deze opdracht werd gesteld dat het interessant is om te kijken naar de rol van de verschillende personages. Klopte dat: hoe interessant en zinvol was het om dit uit te zoeken voor de kring rond Boontje? Wat heeft het jou opgeleverd?


Schema 1: Ondine-lijn
 

Personages
Ondine
...
...



Schema 2: Boontje-lijn
 

Personages Rollen
Mossieu Colson van tminnesterie Enerzijds de ambtenaar die gelooft in feiten en bewijzen, anderzijds toch ook nog dichterlijk.
...
...