De Kapellekensbaan: Opdracht

Opdracht niveau 6 | Schrijverschap

'Niet het succes moet een schrijver nastreven. Of ook moet hij niet geven wat een deel van het volk toevallig vraagt. Hij moet in zijn werk zichzelf geven, volkomen.' Aldus Louis Paul Boon, halverwege de jaren '40, over de taak van de schrijver. In diezelfde tijd werkt hij aan Mijn kleine oorlog (1947), dat eindigt met de woorden: SCHOP DE MENSEN TOT ZIJ EEN GEWETEN KRIJGEN.

Titel De Kapellekensbaan
Niveau boek niveau 6
Opdracht niveau 6 | Schrijverschap
Studielast 3 à 4 uur
Werkvorm individueel
Focus schrijverschap
Je leert reflecteren op uitspraken over het schrijverschap.
Gemaakt door Pieter Waalewijn

Vraag 1

Ongeveer op de helft van het (eerste) 1ste hoofdstuk van De Kapellekensbaan vind je het stukje 'De leegte grijnst u aan'. Het is een van de vele passages in de roman waarin gesproken wordt over het schrijverschap. Herlees dit stukje aandachtig en geef de strekking ervan weer.


Vraag 2

Niet veel later kom je het stukje 'Moedeloze dag' tegen. Wat zegt de schrijver daar tegen zichzelf, tegen zijn personages en tegen de lezer?


Vraag 3

Gaandeweg ontstaat er in deze roman een beeld van het schrijverschap. Herlees de eerste drie stukjes waarmee het 'definitieve' 1ste hoofdstuk begint. Lees vervolgens het stukje 'Hamlets aan de lopende band' (verderop in dit hoofdstuk) dat hierop voortborduurt. Vat nu samen wat hier gezegd wordt over het schrijven van boeken in het algemeen, en over het schrijven van De Kapellekensbaan in het bijzonder.


Vraag 4

Het 2e hoofdstuk begint met een aantal stukjes die verschillende visies op deze roman naar voren brengen. Lees de eerste vijf stukjes, tot en met 'Het nut der kunst'. Dat laatste eindigt met een anekdote over twee mannen en een mooie vrouw in een restaurant. Breng onder woorden hoe hier over het nut van literaire kunst wordt gesproken, en leg uit hoe dat wordt geïllustreerd door die anekdote.


Vraag 5

Tegen het eind van het 2e hoofdstuk spreekt de schrijver zich opnieuw uit over het belang van schrijvers en van boeken: in 'De draad van Ariadne' en 'Pygmalion'. Lees ook de merkwaardige voetnoot bij het eerste stukje. Hoe serieus meent Boon dit nu allemaal, volgens jou?


Vraag 6

Lees het tekstje onder Literatuurgeschiedenis. Hier blijkt dus dat Boon zijn roman over Ondine heeft gebouwd op de ruïnes van Madame Odile. Past deze werkwijze bij de opvattingen over het schrijverschap die je tot nu toe bij Boon bent tegengekomen?


Vraag 7

      a. Als jij terugkijkt op dit boek, wat is volgens jou dan het overheersende beeld dat Boon van het schrijverschap schetst?
      b. Is De Kapellekensbaan in zijn uiteindelijke vorm nu te beschouwen als de triomf van het schrijverschap, of eerder als een pijnlijk verslag van een nederlaag? Leg uit.
      c. Is Boon in jouw ogen trouw gebleven aan het ideaal en de oproep die hij verwoordde in de citaten aan het begin van deze opdracht? Leg uit.

Literatuurgeschiedenis

In het besef dat de wereld zich niet langer leent tot 'fatsoenlijke boeken', verscheurt Boon eind 1945 het manuscript van een roman waaraan hij sinds september 1943 vol enthousiasme werkt, Madame Odile. De schrijver vernietigt zijn boek evenwel niet maar recycleert het. De snippers ervan vult hij aan met kanttekeningen bij onze wereld van vandaag, verhaaltjes, bittere bedenkingen, parabels... kleine geschiedenissen. Door dit alles heen loopt als een feuilleton het verhaal van Odile, die nu Ondineke Bosmans heet en die in de vorige eeuw geboren is. Dit arme, maar sluwe en felle meisje gebruikt al haar charmes om hogerop te komen. Daarvoor wendt ze zich in eerste instantie tot de haast nog feodale machthebbers ten tijde van het opkomende socialisme. Haar lotgevallen worden voortdurend becommentarieerd door een bont gezelschap van personages: de Kantieke Schoolmeester, Mossieu Colson van tminnesterie, Tippetotje de schilderes, Kramiek, en het evenbeeld van de schrijver, de dichter en dagbladschrijver Johan Janssens, die zelf nog een pastiche van het middeleeuwse Reinaert-verhaal aan deze wirwar toevoegt. Het 'onfatsoenlijke boek' dat zo ontstaat geldt als een onbetwist hoogtepunt van de Nederlandstalige literatuur van deze eeuw.
De Kapellekensbaan is inmiddels in een groot aantal landen in vertaling verschenen.
Bron: arbeiderspers.nl