Het aanbidden van Louis Claus: Opdracht

Opdracht niveau 2 | Verwaarlozing

Titel Het aanbidden van Louis Claus
Niveau boek niveau 3
Opdracht niveau 2 | Verwaarlozing
Studielast 2 uur
Werkvorm Individueel
Focus Thuissituatie
Je leert impliciete aanwijzingen in een literaire tekst oppikken.
Gemaakt door Merel Heuberger
Bronnen Bron 1
Bron 2

A

  1. Probeer een definitie te formuleren van het begrip 'verwaarlozing'.
  2. Lees nu bron 1. In hoeverre heeft het lezen van deze bron jouw idee over (de definitie van) verwaarlozing veranderd?


B 

De beschrijving van de inhoud (op de leerlingpagina bij dit boek) zegt over Carla:
Dat eenzame, introverte meisje bevindt zich in een thuissituatie van 'deftige verwaarlozing': voldoende geld en eten, maar onvoldoende aandacht.

  1. Citeer drie zinnen uit bron 1 die je het meest van toepassing vindt op de situatie van Carla.
  2. Beschrijf bij iedere zin uit bron 1 een voorbeeld uit het boek.
  3. Noteer bij iedere situatie de namen van personages die bij deze verwaarlozing betrokken zijn. Dit kunnen meerdere keren dezelfde namen zijn. 


C

Verplaats je in een personage uit Carla's omgeving dat de gebreken in haar opvoeding en verzorging kan signaleren. Schrijf vanuit dit personage een brief aan Jeugdzorg, waarin je hulp vraagt voor de Carla uit deel 1 van het boek.
Beschrijf in je brief haar thuissituatie. Wat zijn de grootste problemen? Door wie worden ze veroorzaakt? Wie zijn er verder bij betrokken? Is er sprake van bewuste of van onbewuste verwaarlozing? Wat zijn concrete voorbeelden? En wat moet er gebeuren? Formuleer een concrete hulpvraag. Maak gebruik van je antwoorden bij B2.
Deel je brief in volgens de regels voor een zakelijke brief (zie bron 2) en gebruik maximaal 400 woorden, exclusief (verzonnen) adresgegevens.